Katholieke Stichting Medische Ethiek
27 november 2018

‘Nieuw debat nodig over abortusgrens’

Katholiek Nieuwsblad, 27 november 2018

In de Week van het leven vraagt het Platform Zorg voor Leven aan Nederland om de ogen te openen voor het ongeboren leven. Vijf leiders van de organiserende partijen – onder wie Carla Dik-Faber (ChristenUnie) en Kees van der Staaij (SGP) – breken een lans voor een nieuw, open gesprek over de abortusgrens.

Ontwikkeling van leven
Een baby van 24 weken is ongeveer dertig centimeter lang, kan een vuist maken, schoppen, horen, duimen en voelen. Ondanks deze adembenemende ontwikkeling is het in Nederland toegestaan om tot op dit moment een zwangerschap af te breken.

Een net ontstaan embryo ziet eruit als een klein klompje cellen. Maar het is veel meer dan wat je waarneemt door een microscoop. Al bij de bevruchting is de erfelijke aanleg vastgelegd, zoals kleur van de ogen, geslacht en dergelijke. Dit kind in ontwikkeling stuurt al binnen 48 uur na de conceptie alle processen van de zwangerschap tot en met de geboorte. Dertien weken na de samensmelting, op een derde van de zwangerschap, is een embryo volledig ontwikkeld. Zelfs de unieke lijnen op de vingertoppen zijn er al.

Abortusgrens
We zouden het bijna vergeten, maar abortus is bij wet verboden. Slechts onder bepaalde voorwaarden (noodsituatie van de vrouw) en tot de wettelijke grens van levensvatbaarheid is abortus toegestaan. De levensvatbaarheidsgrens is het moment waarop kinderen zelfstandig buiten de baarmoeder kunnen leven. In een (Memorie van) Toelichting op de wet is opgenomen dat de levensvatbaarheidsgrens op 24 weken ligt, naar inzichten van de medische kennis van 1978(!).

Deze grens werd veiligheidshalve gekozen twee weken onder de toenmalige behandelgrens van vroeggeboren kinderen vanaf 26 weken. Sinds de officiële inwerkingtreding van de Wet Afbreking Zwangerschap (WaZ) in 1984 is de wettelijke stand van de abortusgrens ongewijzigd gebleven. De afgelopen jaren is er echter grote vooruitgang geboekt in de medische wetenschap, waardoor levensvatbare kinderen geboren worden onder de 24 weken.

In landen om ons heen, bijvoorbeeld in Duitsland, ligt de abortusgrens bij 12 weken. Natuurlijk zijn er meer verschillen tussen de abortuswetgeving en -praktijk in Nederland en Duitsland. Maar de cijfers spreken tot de verbeelding: het aantal abortussen per 1.000 vrouwen tussen 15 en 45 jaar ligt in Duitsland op 5,0 en in Nederland op 8,6 (peiljaar 2015).

Hiermee zien we dus hoe arbitrair, hoe willekeurig de abortusgrens eigenlijk is: deze is onder meer afhankelijk van de medische ontwikkeling (levensvatbaarheidsgrens) of van het land waarin je woont. Aanleiding genoeg om de abortusgrens in Nederland ter discussie te stellen.

Mensenrechten
Er is meer te zeggen over het unieke individu, een nieuw mens dat al bij de bevruchting ontstaat, dan we hierboven in een biologische benadering deden. Christenen geloven dat de geschapen mens beelddrager van God is (Genesis 1:27 en 9:6). Mensen staan in relatie tot andere mensen. Omdat God een relationeel wezen is (Vader, Zoon en Geest), geldt dat ook voor de mens naar Gods beeld. We staan in relatie tot elkaar. Het geschapen zijn naar Gods beeld betekent bovendien dat de mens als het ware Gods vertegenwoordiger is op aarde. Dat is een grote verantwoordelijkheid. Als ‘eerste onder de schepsels’ dragen we zorg voor de schepping (rentmeesterschap). Met name voor onmondige en kwetsbare schepsels.

Het geschapen zijn naar Gods beeld is een belangrijk (christelijk) uitgangspunt voor menselijke waardigheid, zoals dat bijvoorbeeld is vertaald in de Universele Verklaring van de Rechten van de mens. Daar lezen we in artikel 4 dat vrijheid eruit bestaat dat je alles kunt doen “wat een ander niet schaadt”. Vrijheid is dus begrensd, houdt rekening met anderen. Is het te ver gezocht om te zeggen dat de huidige abortuspraktijk ook strijdig is met het liberale principe dat ieder individueel mensenleven in zichzelf waardevol is?

Een nieuw gesprek
Als elk individueel menselijke leven in zichzelf waardevol is – en dat vinden zowel christenen als liberalen blijkbaar – is er reden genoeg om de abortusgrens onderwerp van gesprek te laten zijn. Wij gaan dit gesprek graag aan vanuit diep respect voor het geschonken leven; daarover zijn we eerlijk en transparant. Als ook liberalen eerlijk zijn over hun uitgangspunten moet het mogelijk zijn om over de abortusgrens een open en eerlijk gesprek te voeren, zónder op voorhand te roepen dat dit inperking van de keuzevrijheid van de vrouw is.

Het is goed dat er (wereldwijd) positief-kritisch gekeken wordt naar legitieme vrouwenrechten door allerhande organisaties. Maar willen we met elkaar in Nederland dat het aborteren van volop ontwikkelde kinderen vanwege de keuzevrijheid van de vrouw, het recht van ongeboren leven te boven gaat? Is dat nog van deze tijd?

Laten we zonder om de hete brij – van welke kleur dan ook – heen te draaien hierover in alle openheid tijdens of na de Week van het Leven de dialoog aangaan.

Arthur Alderliesten (VBOK), Diederik van Dijk (NPV), Carla Dik-Faber (ChristenUnie), Kees van Helden (Schreeuw om Leven) en Kees van der Staaij (SGP)

Overgenomen met toestemming van Katholiek Nieuwsblad.