Katholieke Stichting Medische Ethiek
18 april 2024

Abortuspil via de huisarts? ‘We lijken te werken aan een doodscultuur’

Katholiek Nieuwsblad, 11 februari 2022
door Selinde van Dijk-Kroesbergen

Het verkrijgen van een abortuspil via de huisarts zou volgens de initiatiefnemers van een nieuw wetsvoorstel moeten leiden tot betere zorg voor de vrouw en wellicht minder herhaalde abortussen. Tegenstanders van dit voorstel zien hier vooral een poging in om abortus te normaliseren. Woensdag 9 februari 2022 debatteerde de Tweede Kamer er een eerste keer over.

Bij een rondgang langs de christelijke partijen blijkt al snel dat men zich zorgen maakt over het verdwijnen van de balans tussen de zorg voor de vrouw en de bescherming van het ongeboren leven. Alleen het CDA liet weten “niet op voorhand tegen het wetsvoorstel te zijn”.

Wie een abortus wil, moet momenteel naar een abortuskliniek of een ziekenhuis. De initiatiefnemers van GroenLinks, PvdA, D66 en VVD willen dat vrouwen voortaan tot negen weken zwangerschap bij de huisarts terechtkunnen voor de abortuspil. Die zou de vrouw beter kunnen begeleiden omdat er veelal een vertrouwensband is.

Persoonlijke sfeer

Tijdens het debat vroeg Chris Stoffer (SGP) of dat beeld niet wat te “romantisch” is. In veel huisartsenpraktijken werken huisartsen vaak tijdelijk, stelt hij. “Dan is er toch helemaal geen historische band? Dan ga je in tien, twintig minuten met elkaar dat gesprek aan en dan denk je: nou, dit is het dan maar.”

Hilde Palland (CDA) ziet dat anders. “De huisarts staat dichter bij de vrouw en kent vaak haar persoonlijke sfeer en omstandigheden. Als er bijvoorbeeld sprake is van schuldenproblematiek, dan kan de huisarts de vrouw ook verwijzen naar een hulpverlener die dat helpt op te lossen.”

Een abortus kan zo wellicht voorkomen worden, denkt ze. “Want uiteindelijk is onze grote ambitie om het aantal abortussen naar beneden te brengen, met name de herhaalabortussen.”

Diederik van Dijk van NPV-Zorg voor het leven denkt niet dat het voorstel zal leiden tot minder abortussen. Samen met het donderdag aangenomen wetsvoorstel om de bedenktermijn van vijf dagen voor een abortus niet meer verplicht te stellen, wordt de drempel naar abortus flink verlaagd, vreest hij.

“Abortus is in Nederland al royaal toegankelijk. Nu wordt het nog eenvoudiger om leven te doden”, zegt Van Dijk. Hij ziet het als een “uitholling van de balans tussen de bescherming van het ongeboren leven en de keuzevrijheid voor de vrouw. Er is maar één wens die overheerst: de autonomie van de vrouw”.

Ook Mirjam Bikker (ChristenUnie) vraagt zich af hoe in hoeverre de zorg nog meeweegt die huisartsen aan het ongeboren leven zouden moeten geven. “Dat heeft in zichzelf ook intrinsieke waarde. Ik zou de indieners willen vragen hoe zij dat aspect wegen in hun voorstel.”

Neerwaartse spiraal

Volgens medisch ethicus Lambert Hendriks is het een groot ethisch bezwaar dat het beëindigen van een leven gemakkelijker wordt: “Als je de drempel verlaagt, wordt ook het gebruik maken van de abortuspil gemakkelijker”, zegt hij.

“De procedure blijft onveranderd”, brengt Hilde Palland (CDA) hier tegenin. “Alleen wordt er door dit wetsvoorstel een andere hulpverlener toegevoegd. Het gaat in feite slechts over de vraag wie binnen de bestaande procedure en waarborgen de abortuspil mag voorschrijven.”

Hendriks constateert hier echter een neerwaartse spiraal: “Wanneer uiterst precaire zorg niet meer door specialisten maar door huisartsen wordt aangeboden, dan is er een averechtse beweging: omgaan met een mensenleven vraagt juist het grootst mogelijke specialisme, al is de keuze voor de abortuspil hoe dan ook schadelijk vanuit een katholiek standpunt.”

De vlag uit

Juist deze normalisering is bij voorstanders reden tot juichen. “Het NRC schreef dat met de verruiming van de abortuswet de vlag uit mocht”, zegt Van Dijk. Hij vindt dit “vervreemdend”: “Wat zegt dit over onze cultuur? We lijken te werken aan een doodscultuur.”

“We hebben de fijngevoeligheid voor het ongeboren leven in onze cultuur verloren”, zegt Hendriks. “Ongeboren leven wordt niet meer als beschermwaardig beschouwd. Naarmate de vrucht zich verder ontwikkelt, krijgt die wel meer waarde toegekend. Maar dat is principieel tegen de leer van de Kerk, die stelt dat het leven vanaf de conceptie beschermd moet worden.”

Die geleidelijke waardetoekenning verklaart misschien ook waarom er in de toelichting op het wetsvoorstel over de abortuspil als medicijn wordt gesproken. “Hoe wrang”, zegt Stoffer hierover. “Een middel dat een einde maakt aan ongeboren leven, waarom noemen we dat eigenlijk een geneesmiddel?”

Kritische vragen

Ook al lijkt er voor dit voorstel een meerderheid te zijn, veel Kamerleden hebben kritische vragen over de uitvoering. Huisartsen hebben al een zwaar takenpakket en er zijn zorgen over een tekort aan huisartsen.

In een vervolgdebat zullen de opstellers van het wetsvoorstel op de gestelde vragen reageren. Op zijn vroegst een week later mag er dan in de Tweede Kamer over gestemd worden. Wordt het voorstel aangenomen, dan moet ook de Eerste Kamer zich er nog over buigen.


Overgenomen met toestemming van Katholiek Nieuwsblad.


Tweede Kamer stemt voor afschaffing verplichte bedenktijd abortus

Katholiek Nieuwsblad, 11 februari 2022

Een ruime meerderheid van de Tweede Kamer heeft gestemd voor de afschaffing van de verplichte bedenktijd van vijf dagen bij abortus. Volgens tegenstanders is daarmee de balans tussen vrouwelijke autonomie en bescherming van het ongeboren leven zoek.

101 Kamerleden stemden voor de initiatiefwet van PvdA, VVD, D66 en GroenLinks, 38 waren tegen. Omdat de abortuswet onder dit kabinet als een zogenaamde ‘vrije kwestie’ geldt, mochten Kamerleden stemmen vanuit hun persoonlijke overtuiging en waren ze dus niet verplicht het standpunt van hun partij te volgen.

Meerderheid

Voorstemmers waren voornamelijk leden van de vier partijen die de initiatiefwet hebben ingediend, aangevuld door leden van SP, Partij voor de Dieren, Volt, Bij1, Denk en de Groep Van Haga. Unaniem tegen waren CDA, ChristenUnie, SGP, Forum voor Democratie, BoerBurgerBeweging en onafhankelijk Kamerlid Pieter Omtzigt. Opvallend was de tweedeling binnen de PVV: tien leden stemden voor, zeven tegen. Ook binnen de driekoppige fractie van JA21 stemden twee tegen en één voor.

Met deze meerderheid gaat dit wetsvoorstel naar de Eerste Kamer, waar er opnieuw over gestemd zal worden. Verwacht wordt dat ook de Eerste Kamer zal instemmen met afschaffing van de verplichte bedenktijd, omdat ook daar de partijen die voorstander zijn een meerderheid vormen. Overigens geldt de bedenktijd nu al niet voor vrouwen die tot zestien dagen overtijd zijn.

Betuttelend

Volgens voorstanders van de afschaffing is het aan vrouwen zelf om te bepalen hoeveel bedenktijd ze nodig hebben voor een abortus; een verplichte wachttijd zou betuttelend zijn. Zij denken dat de zorgvuldigheid van de procedure niet af zal nemen, omdat artsen nog altijd geen abortus zullen uitvoeren bij vrouwen die twijfelen of onder dwang staan.

Tegenstanders vinden onder meer dat vrouwen in alle gevallen de tijd moeten nemen alvorens ze een beslissing van dergelijk kaliber nemen. “De Tweede Kamer is in grote meerderheid voor een verplichte bedenktijd bij de aanschaf van een huisdier. Maar vindt een bedenktijd bij abortus nodeloos betuttelend”, schrijft CDA-Kamerlid Rene Peters op Twitter.

‘Balans slaat door’

Juristenvereniging Pro Vita is van mening dat de balans tussen zelfbeschikking en de rechten van het ongeboren leven zoek raakt door het afschaffen van de bedenktijd. “In hun wetsvoorstel hebben de indieners vooral de autonomie van de vrouw voor ogen en is er geen aandacht voor het waarborgen van de belangen van het ongeboren leven”, meldt de vereniging op zijn website. “De balans slaat daarmee door naar de autonomie van de zwangere vrouw.”

Volgens Pro Vita is de afschaffing van de bedenktijd ook een stap in de richting van decriminalisering van abortus. “Nu is een abortusarts strafbaar als hij de zwangerschapsafbreking uitvoert binnen de beraadtermijn van vijf dagen. Deze strafbaarheid vervalt in het wetsvoorstel.” Dat is een kwalijke ontwikkeling, vindt Pro Vita: “Abortus is en blijft het beëindigen van menselijk leven, daarom is abortus strafbaar gesteld in het Wetboek van Strafrecht.”

Abortuspil

Daarnaast debatteerde de Tweede Kamer gisteren over de mogelijkheid om huisartsen een abortuspil te laten verstrekken. Ook dat is een voorstel van PvdA, VVD, D66 en GroenLinks, waar opnieuw een meerderheid voor lijkt te zijn.

Tegenstanders vrezen dat de weg naar een abortus met een pil nog rechtlijniger wordt. “Het streven naar nog meer snelheid en keuzevrijheid schuift de zorgvuldigheid en balans aan de kant”, sprak JA21-Kamerlid Nicki Pouw-Verweij, die overigens ook tegen de afschaffing van de bedenktijd stemde. Wanneer er over de abortuspil gestemd gaat worden, is nog niet bekend.


Overgenomen met toestemming van Katholiek Nieuwsblad.


Europese bisschoppen bekritiseren ‘ideologisch’ abortusplan Macron

Katholiek Nieuwsblad, 10 februari 2022

De Europese bisschoppen hebben kritiek geuit op het voorstel van de Franse president Emmanuel Macron om abortus tot een grondrecht te verklaren in de Europese Unie. Macron uitte dit voornemen onlangs tijdens een toespraak in het Europees Parlement.

De katholieke Macron pleitte daarbij voor een herziening van het EU-handvest van de grondrechten, dat opgesteld is in 2000. Daarin moeten klimaatbescherming en de erkenning van het recht op abortus prominenter aan bod komen, aldus de Franse president. Frankrijk is sinds 1 januari voorzitter van de Raad van Europa, een positie die het land een half jaar lang zal vervullen.

‘Diepe zorgen en weerstand’

De Commissie van Bisschoppenconferenties in de Europese Unie (COMECE) heeft afgelopen dinsdag gereageerd op het voorstel van Macron. De Europese bisschoppen spreken daarin over “diepe zorgen en weerstand” over zijn voorstel.

“Sinds het begin is het Europese integratieproces altijd door de Kerk ondersteund en nauw begeleid”, aldus de verklaring. De bisschoppen wijzen op het “respect voor de waardigheid van elke menselijke persoon in elke fase van zijn of haar leven, vooral in situaties van volledige kwetsbaarheid, zoals het geval is bij een ongeboren kind”.

Onvervreemdbare waardigheid

De grondleggers van Europa, aldus de bisschoppen, “waren zich zeer bewust van het fundamentele belang van de onvervreemdbare waardigheid van de menselijke persoon en van de gemeenschap als gemeenschappelijke basis voor onze Unie”.

‘Verstoken van een ethische basis’

De bisschoppen merken op dat “er geen erkend recht op abortus is in het Europese of internationale recht”.

Elke poging om hier verandering in te brengen door abortus op te nemen in het EU-handvest van de grondrechten “gaat niet alleen in tegen fundamentele Europese overtuigingen en waarden, maar zou een onrechtvaardige wet zijn, verstoken van een ethische basis en voorbestemd om een oorzaak van eeuwigdurende conflicten te zijn. onder de burgers van de EU”, aldus de COMECE.

Respect voor identiteiten

Europese integratie zou “altijd respect voor verschillende identiteiten moeten bevorderen, en vrij moet moeten zijn van “ideologische opleggingen”.”In deze zin kan het voorstel van president Macron” volgens de verklaring “op geen enkele manier worden gezien als het nieuw leven inblazen van onze grondrechten”.


Overgenomen met toestemming van Katholiek Nieuwsblad.


COMECE tegen president Macron: er is geen recht op abortus in Europees of internationaal recht

In a statement released on Tuesday 8 February 2022, the Presidency of the Commission of the Bishops’ Conferences of the European Union (COMECE) expresses its deep concern on President Macron’s proposal of including a supposed right to abortion in the Charter of Fundamental Rights of the European Union.

Aware of the tragedy and complexity of the situations in which mothers considering an abortion find themselves, the EU Bishops highlight the need to provide the necessary help and assistance to women in distress and to their unborn child.

“Caring for women who are in a difficult or a conflict situation because of their pregnancy is a central part of the diaconal ministry of the Church and must also be a duty exercised by our societies”reads the statement of the EU Bishops.

From a legal perspective, the members of the COMECE Presidency stress that “there is no recognized right to abortion in European or international law. Attempting to change this – they continue – not only goes against fundamental European beliefs and values, but would be an unjust law, devoid of an ethical foundation and destined to be a cause of perpetual conflict among the citizens of the EU”.

“The proposal of President Macron of inserting this supposed right can in no way be seen as «breathing new life into our basic rights»”, continued the Bishops of the European Union.

Recalling the founding fathers of the European Union, the COMECE Presidency stresses that the European integration should always “foster and promote respect for different identities and avoid ideological impositions”.

The statement of the COMECE Presidency follows President Emmanuel Macron’s speech addressed to the European Parliament on 19 January 2022 in the context of the French Presidency of the Council of the European Union.

The Presidency of COMECE is composed of:
• H. Em. Cardinal Jean-Claude Hollerich SJ (President)
• H.E. Mgr. Mariano Crociata (First Vice-President)
• H.E. Mgr. Noel Treanor (Vice-President)
• H.E. Mgr. Jan Vokál (Vice-President)
• H.E. Mgr. Franz-Josef Overbeck (Vice-President)


Meerderheid Tweede Kamer voor afschaffing bedenktijd bij abortus

Katholiek Nieuwsblad, 26 januari 2022

De wettelijke bedenktijd van vijf dagen bij abortus wordt hoogstwaarschijnlijk afgeschaft. De Tweede Kamer behandelt morgen een wetsvoorstel daarover, maar het is al bekend dat een meerderheid van de bedenktijd af wil.

Het initiatiefwetsvoorstel van D66, VVD, PvdA en GroenLinks is al bijna een jaar geleden ingediend, maar het toenmalige regeerakkoord blokkeerde behandeling van bepaalde medisch-ethische kwesties. In het nieuwe regeerakkoord hoeven Kamerleden zich bij deze kwesties niet te houden aan de lijn die hun partij voorschrijft. Ze mogen daarom stemmen volgens hun persoonlijke overtuiging.

Abortus is een grote, onomkeerbare beslissing, legt moraaltheoloog Ward Biemans uit; eentje die gebaat kan zijn bij verplichte bedenktijd. “Het is een besluit over leven of dood, het is verstandig om ruim de tijd te nemen alvorens je ergens voor kiest. Daarom is de beraadstermijn oorspronkelijk ook in de wet opgenomen.”

Kamermeerderheid

Toch is het al bijna zeker dat de bedenktermijn gaat sneuvelen. Naast de vier indieners steunen ook de SP en de Partij voor de Dieren het voorstel, waarmee zowel in de Tweede als de Eerste Kamer een meerderheid van de wet af wil, meldt de NOS.

Volgens Biemans kan dat een risico voor de zorgvuldigheid van de besluitvorming opleveren. “In een aantal gevallen zullen vrouwen die voor zichzelf hebben vastgesteld dat ze een ongewenste zwangerschap willen afbreken, dat sneller uitvoeren.”

Waarde van het leven

“Dan zou het kunnen dat niet alle aspecten van een ongewenste zwangerschap worden meegenomen, zoals de vraag wat er mogelijk zou zijn om het voldragen van een zwangerschap toch mogelijk te maken”, vervolgt hij. “Daarbij zijn de rol van zowel de vrouw als man wezenlijk: als het kan zou je daarover samen moeten kunnen besluiten.”

Voor de Kerk zijn er mogelijkheden om het nadenken over abortus toch nog te bevorderen. “De Kerk kan activiteiten gericht op het beschermen van ongeboren leven ondersteunen”, zegt Biemans. “De Kerk kan bijvoorbeeld aandacht besteden aan het werk van pro-lifeorganisaties voor vrouwen met een ongewenste zwangerschap. Ook kan de Kerk de politiek wijzen op de waarde van het leven.”

Abortuspil

CDA en ChristenUnie zijn voorstanders van het behouden van de beraadstermijn. Volgens Mirjam Bikkers, Kamerlid voor de ChristenUnie, is zorgvuldigheid belangrijk en moeten vrouwen de tijd kunnen nemen om na te denken over het beëindigen van een zwangerschap, bericht de NOS.

Volgende week wordt een voorstel van GroenLinks en PvdA over een ‘abortuspil’ besproken. De bedoeling van dat wetsvoorstel is om huisartsen de mogelijkheid te geven een pil te verstrekken die een zwangerschap in het beginstadium afbreekt. Ook voor dit voorstel lijkt een meerderheid te bestaan.


Overgenomen met toestemming van Katholiek Nieuwsblad.


Wereldwijde gezondheidszorg: géén wegwerpcultuur

Address to the participants in the plenary assembly of the Pontifical Academy for Life.

Pope Francis
27 September 2021

Dear sisters and brothers,

I am happy to be able to meet you on the occasion of your General Assembly and I thank Msgr Paglia for his words. I extend a greeting also to the many Academics who are connected.

The theme you have chosen for these three days of workshops is particularly timely: that of public health in the horizon of globalization. Indeed, the crisis of the pandemic has made “both the cry of the earth and the cry of the poor” reverberate even more strongly (Enc. Laudato Si’, 49). We cannot remain deaf before this dual cry. We have to listen to it well! And it is what you are setting out to do.

Examination of the numerous and grave issues that have emerged in the last two years is not an easy task. On the one hand we are worn out by the Covid-19 pandemic and by the inflation of issues that have been raised: we almost do not want to hear about it any more and we hurry on to other topics. However, on the other hand, it is essential to reflect calmly in order to examine in depth what has happened and to glimpse the path towards a better future for all. Truly, “even worse than this crisis is the tragedy of squandering it” (Pentecost homily, 31 May 2020). And we know that we do not emerge from a crisis the same: we will either emerge better or we will emerge worse. But not the same. The choice is in our hands. And I repeat, even worse than this crisis is the tragedy of squandering it. I encourage you in this effort. And I think the dynamic of discernment in which your meeting is taking place is wise and timely: first and foremost, listening attentively to the situation in order to foster a true and proper conversion and identify concrete decisions to emerge from the crisis, better.

The reflection that you have undertaken in recent years on global bioethics is revealing itself to be precious. I had encouraged you in this perspective with the letter Humana communitas on the occasion of the 25th anniversary of your Academy. The horizon of public health in fact offers the possibility to focus on important aspects for the coexistence of the human family and to strengthen the fabric of social friendship. These are central themes in the Encyclical Fratelli Tutti (cf. Chapter 6).

The crisis of the pandemic has highlighted the depth of the interdependence both among ourselves and between the human family and our common home (cf. Laudato Si’, 86; 164). Our societies, especially in the West, have had the tendency to forget this interconnection. And the bitter consequences are before our eyes. In this epochal change it is thus urgent to invert this noxious tendency and it is possible to do so through the synergy among different disciplines. Knowledge of biology and hygiene is needed, as well as of medicine and epidemiology, but also of economy and sociology, anthropology and ecology. In addition to understanding the phenomena, it is a matter of identifying technological, political and ethical criteria of action with regards to health systems, the family, employment and the environment.

This outlook is particularly important in the health field because health and sickness are determined not only by processes of nature but also by social life. Moreover, it is not enough for a problem to be serious for it to come to people’s attention and thus be addressed. Many very serious problems are ignored due to lack of an adequate commitment. Let us think of the devastating impact of certain diseases such as malaria and tuberculosis: the precariousness of health and hygiene conditions cause millions of avoidable deaths in the world every year. If we compare this reality with the concern caused by the Covid-19 pandemic, we can see how the perception of the seriousness of the problem and the corresponding mobilization of energies and resources are very different.

Of course, taking all measures to stem and defeat Covid-19 on a global level is the right thing to do, but this moment in history in which our health is being threatened directly should make us aware of what it means to be vulnerable and to live daily in insecurity. We could thus assume the responsibility also for the grave conditions in which others live and of which we have so far been little or not interested at all. We could thus learn not to project our priorities onto populations who live on other continents, where other needs are more urgent; where, for example, not only vaccines but also drinking water and daily bread are in short supply. I don’t know if one should laugh or cry, cry sometimes, when we hear government leaders or community leaders advise slum dwellers to sanitize themselves several times a day with soap and water. But, my dear, you have never been to a slum: there is no water there, they know nothing about soap. “No, do not leave your home!”: but there the whole neighbourhood is home, because they live… Please, let us take care of this reality, even when we reflect on health. Let us welcome then, any commitment to a fair and universal distribution of vaccines — this is important —, but taking into account the broader field which demands the same criteria of justice for health needs and for the promotion of life.

Looking at health in its multiple dimensions at a global level helps to understand and take on with responsibility the interconnection between the phenomena. In this way, we can better observe how even the conditions of life that are the result of political, social and environmental choices have an impact on the health of human beings. If we examine in different countries and in different social groups the hope of life — and of a healthy life — we discover great inequalities. They depend on variables such as the amount of wages, the educational level, the neighbourhood in which one resides even though it is in the same city. We state that life and health are values that are equally fundamental for all, based on the inalienable dignity of the human person. But, if this statement is not followed by an adequate commitment to overcome inequality, we are de facto accepting the painful reality that not all lives are equal and health is not protected for everyone in the same way. And here, I would like to repeat my concern: that there always be a free healthcare system. May the countries which have them, not lose them, for example Italy and others, which have a good free healthcare system: do not lose it because otherwise we would end up with only members of the population who can afford it, having the right to healthcare and the others not. And this is a very big challenge. This helps overcome inequality.

Therefore, international initiatives are to be supported — I am thinking for example of those recently promoted by the G20 aimed at creating a global governance for the health of all the inhabitants of the planet, that is, a set of clear rules agreed at the international level that respect human dignity. In fact, the risk of new pandemics will continue to be a threat also for the future.

The Pontifical Academy for Life can also offer a precious contribution in this sense, seeing itself as a travelling companion of other international organizations committed to this same aim. With regards to this, it is important to participate in shared initiatives and in the appropriate manner, to the public debate. Naturally, this requires that, without “watering down” contents, attempts be made to communicate them in a language that is suitable and topics that can be understood in the current social context, so that the Christian anthropological proposition, inspired by Revelation, can also help today’s men and women to rediscover “the primacy of the right to life from conception to its natural end” (Discourse to participants in the Meeting sponsored by the Science and Life Association, 30 May 2015).

Here too, I would like to mention that we are victims of the throwaway culture. In his presentation, Msgr Paglia referred to something: but there is the throwing away of children that we do not want to welcome, with that abortion law that sends them back to their sender and kills them. Today this has become a “normal” thing, a habit that is very bad; it is truly murder. In order to truly grasp this, perhaps asking ourselves two questions may help: is it right to eliminate, to end a human life to solve a problem? Is it right to hire a hitman to solve a problem? Abortion is this. And then on the other side, are the elderly: the elderly who are also a bit of “throwaway material” because they are not needed…. But they are the wisdom, they are the roots of the wisdom of our civilization, and this civilization discards them! Yes, in many places there is a “hidden” law on euthanasia, as I call it. It is the one that makes us say: “medicines are expensive, only half should be given”. This means shortening the lives of the elderly. In so doing, we deny hope, the hope of the children who bring us the life that makes us go forward, and the hope that is in the roots that the elderly give us. Instead, we discard both. And then the everyday throwing away, that life is thrown away. Let us be careful about this throwaway culture. It is not a problem of one law or another. It is a problem of throwing away. And on this point, you academics, the Catholic universities and also Catholic hospitals cannot allow themselves to go this way. This is a path which we cannot take: the throw away path.

Therefore, the work that your Academy has undertaken in recent years on the impact of new technologies on human life and more specifically on “algorethics” should be looked upon favourably in such a way “that science may truly be at the service of mankind, and not mankind at the service of science” (ibid ). I encourage in this regard, the work of the fledgling foundation, renAIssance, for the spreading and deepening of the Rome Call for AI Ethics which I strongly hope many will join.

Lastly, I wish to thank you for the commitment and contribution that the Academy has provided by actively participating in the Vatican Covid Commission. Thank you for this. It is beautiful to see cooperation within the Roman Curia in the fulfilment of a shared project. We have to increasingly develop these processes brought forth together, in which I know many of you have participated, urging greater attention to vulnerable people such as the elderly, the disabled and the younger ones.

With these feelings of gratitude, I entrust the work of this Assembly and also your activity as an Academy on the whole in favour of the defence and promotion of life, to the Virgin Mary. I offer my heartfelt blessing to each of you and your loved ones. And I ask you please to pray for me because I need it. Thank you.


Meerderheid Europees Parlement stemt voor abortus als mensenrecht

Katholiek Nieuwsblad, 25 juni 2021

door Selinde van Dijk-Kroesbergen

Moet abortus gezien worden als een recht van iedere vrouw? Ja, oordeelde een ruime meerderheid van het Europees Parlement donderdagmiddag.

Met 378 stemmen voor, 255 stemmen tegen en 42 onthoudingen werd de resolutie over seksuele en reproductieve gezondheid donderdag 24 juni aangenomen.

Met de resolutie van de Kroaat Predrag Matić, het zogenaamde Matić Rapport, wil het Europees Parlement de lidstaten oproepen om beter voor de rechten van vrouwen op te komen. Het gaat in het rapport met name om het recht van vrouwen om zelf te bepalen hoe ze met hun vruchtbaarheid omgaan en om het recht op gezinsplanning.

Volgens tegenstanders is dit rapport misleidend, omdat abortus daarin een mensenrecht wordt genoemd. Matić stelt in zijn rapport dat niets de toegang tot abortus provocatus in de weg mag staan. Daarbij geeft hij ook geen ruimte voor zorgverleners die in gewetensnood komen.

Europarlementariër Peter van Dalen (ChristenUnie) vindt het ronduit zorgelijk dat een meerderheid van het Europees Parlement voor het Matić Rapport gestemd heeft: “De vrijheid van geweten staat op het spel”, vindt hij.

Bert-Jan Ruissen, Europarlementariër van de SGP, ziet de uitslag iets positiever: “De uitslag van de stemming is betreurenswaardig, maar tegelijk is het aanzienlijke aantal tegenstanders toch een bemoedigend signaal. Het is belangrijk dat ook in het Europees Parlement een belangrijke groep wil vasthouden aan het recht op leven in plaats van een recht op abortus.”

Op meer gehoopt

Onder de voorstanders zaten Nederlandse partijen als VVD, D66, GroenLinks, PvdA, PvdD en ook een CDA’er. Ruissen denkt dat de linkerflank op meer had gerekend. “Dit ligt duidelijk controversieel en is niet de afgetekende overwinning waar links-liberalen op hadden gehoopt. De politieke druk die uit de stemming had moeten voortvloeien, valt dus nogal mee.”

Verdeeld CDA

Opmerkelijk is dat de CDA-delegatie verdeeld was. Behalve een voorstander, was er ook een tegenstander, terwijl drie CDA-parlementariërs zich onthielden van stemming.

In een korte reactie laat Europarlementariër Annie Schreijer-Pierik weten dat zij de tegenstemmer was. “Net als de CDA-delegatie, hecht ik ook grote waarde aan het beschermen en verder versterken van vrouwenrechten. Maar het Matić Rapport is daarin doorgeslagen. Ik heb hier dan ook vol overtuiging tegengestemd. Het gaat tegen al mijn principes vanuit het katholieke geloof en waar ik voor sta in.”

‘Vrijheid van geweten is grondrecht’

Peter van Dalen vindt de uitslag een buitengewoon zorgelijke ontwikkeling: “In een samenleving waar geen gewetensbezwaren meer mogen zijn, wordt men gedwongen slechts één bepaalde opvatting te hebben.”

Volgens Van Dalen staan daarmee fundamentele grondrechten van de EU op het spel: “Zoiets kennen we van allerlei dictaturen op onze planeet, maar dit mag in de lidstaten van Europese Unie beslist niet de norm worden. De vrijheid van geweten is een grondrecht voor iedere democratische rechtsstaat.”


Overgenomen met toestemming van Katholiek Nieuwsblad.


Christelijke bezorgdheid over Europese abortusresolutie

Katholiek Nieuwsblad, 22 juni 2021
door Selinde van Dijk-Kroesbergen

In het Europees Parlement wordt deze week gedebatteerd en gestemd over een resolutie voor legalisering van abortus in alle lidstaten. Ook al is de resolutie niet bindend, ze baart christelijk Europa grote zorgen.

De ontwerpresolutie is afkomstig van de centrumlinkse Kroaat Predrag Matić en roept de lidstaten op om de seksuele rechten van met name vrouwen en meisjes te beschermen. In dat kader wordt gesteld dat abortus moet worden gezien als een mensenrecht.

‘Huiveringwekkend’

“Het is een heel progressieve agenda vanuit de vrouwenbeweging”, vertelt Europarlementariër Bert-Jan Ruissen (SGP) aan Katholiek Nieuwsblad. “Ik vind het een kwalijk statement dat de beëindiging van een leven wordt gezien als een mensenrecht. Het is huiveringwekkend.”

Ook zouden volgens de resolutie medische zorgverleners die vanwege gewetensbezwaar geen abortussen willen uitvoeren, vrouwen het recht op gezondheidszorg ontzeggen. Een weigering abortus te verrichten of anticonceptiemiddelen voor te schrijven of te verkopen omdat iemand dat onverenigbaar acht met zijn of haar geloof of overtuigingen, moet volgens de resolutie in de toekomst “ontzegging van medische zorg” worden genoemd in plaats van “gewetensbezwaren”.

Ruissen vindt dit alles “onaanvaardbaar en heel verdrietig. Dat zelfs mensen verplicht moeten worden om eraan mee te werken vind ik echt verregaand”.

‘Enorme push’

ChristenUnie-Europarlementariër Peter van Dalen zegt dat de resolutie “een enorme push is voor bewegingen die abortus als mensenrecht willen bevorderen”. Het gaat volgens hem meer om de bescherming van het recht van de vrouw, dan om de bescherming van de gezondheid.

“In het bijna vijftig pagina’s tellende document staan zeker ook goede zaken, zoals de afschaffing van de zogenaamde tampontaks, vrouwen beschermen tegen genitale verminking en het bevorderen van kraamzorg. Maar dit omvat slechts een klein deel van de 77 paragrafen”, aldus Van Dalen.

Verre van compleet

Het voornaamste bezwaar van de ChristenUnie is dat abortus niet als mensenrecht kan worden gezien. “Dat staat ook in geen enkel juridisch document of internationaal verdrag. Wel staat er in artikel 2 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens dat ieder persoon recht op leven heeft.”

Verder is het rapport volgens Van Dalen verre van compleet. “Waarom staat er niets in over vaders? Heel vaak zijn die er niet, terwijl ze wel een verantwoordelijkheid hebben. Ook staat er niets in het rapport over moeders die in heel moeilijke omstandigheden toch het kind ter wereld willen laten komen.”

Subsidiariteitsbeginsel

Het debat over de resolutie – die ook wel bekend staat als ‘Matić Rapport’ – vindt woensdag plaats. Donderdag zal erover gestemd worden.

Ruissen stuurt met Europarlementariërs van allerlei verschillende fracties vandaag een brief aan de voorzitter van het Europese Parlement, de Italiaan David-Maria Sassoli. Het belangrijkste bezwaar dat zij in deze brief noemen is dat de resolutie in strijd is met het subsidiariteitsbeginsel van de Europese Unie. Dit houdt in dit geval in dat de lidstaten zelf zoveel mogelijk verantwoordelijk zijn voor hun nationale wetgeving.

Eind vorige week publiceerde het secretariaat van de Europese bisschoppencommissie COMECE een verklaring. Ook de Europese bisschoppen stellen dat in het ‘Matić Rapport’ het subsidiariteitsbeginsel wordt geschaad.

Verder wordt volgens de bisschoppen in de tekst het recht op leven van het kind genegeerd en stellen ze dat abortus volgens de internationale verdragen geen mensenrecht is. Ze verwijzen hierbij naar een uitspraak van het Europees Hof van Justitie in 2011. De rechters hadden hierbij argumenten aangenomen die verwezen naar de menselijke waardigheid van embryo’s.

Onaanvaardbaar

Inmiddels hebben andere bisschoppenconferenties hun bezwaren ook afzonderlijk laten weten. Zo zeiden de Oostenrijkse bisschoppen dat abortus geen “voordeel van de gezondheidszorg” is en dat de resolutie twijfelachtige standpunten bevat.

De Slowaakse bisschoppen lieten weten dat de Kerk “elke inspanning om de gezondheid te beschermen” op prijs stelt. Ze waarderen “initiatieven die in het bijzonder rekening houden met de gezondheid en rechten van vrouwen”. Echter, “de moord op een ongeboren kind te beschrijven als een vorm van gezondheidszorg, laat staan als een mensenrecht”, kan niet worden aanvaard.

‘Seculiere agenda opleggen’

Binnen Europa is de wetgeving voor abortus zeer verschillend. In bijna alle lidstaten is het toegestaan. Alleen in Malta is abortus in alle omstandigheden verboden. In Polen is het uitsluitend in zeer beperkte omstandigheden toegestaan.

Ruissen verwacht dat de kans op een meerderheid voor de resolutie reëel is. Hij vindt het bedreigend: “We lopen het gevaar dat de Europese Unie steeds meer de seculiere agenda oplegt aan de lidstaten. Ook al is de resolutie niet bindend, de politiek wordt onder druk gezet om wetgeving te versoepelen. Op termijn kan dat ertoe leiden dat sommige lidstaten concessies gaan doen.”

Van Dalen verwacht ook een dergelijk effect. “De verschillende pro-abortus bewegingen binnen de lidstaten zullen zich enorm gesteund voelen als deze resolutie, zoals ik verwacht, zal worden aangenomen. Zij zullen bij hun eigen parlement aankloppen en naar deze Europese resolutie verwijzen om de druk op te voeren.”

Alternatieve resolutie

De fractie van de Europese Volkspartij (EVP), waar onder andere de CU en het CDA deel van uitmaken, moet nog bij elkaar komen om een gezamenlijk standpunt te bepalen. De CDA-delegatie liet Katholiek Nieuwsblad weten dat “er hierover nog volop een brede discussie wordt gevoerd. Er ligt ondertussen ook een goede alternatieve resolutie van de EVP-fractie die we deze dagen nog bespreken”.


Overgenomen met toestemming van Katholiek Nieuwsblad.


Kardinaal: godsdienstvrijheid Europa’s ‘grote toekomstprobleem’

Katholiek Nieuwsblad, 17 juni 2021

De coronacrisis heeft laten zien dat godsdienstvrijheid in Europa kwetsbaar is, zegt de Luxemburgse kardinaal Hollerich. In een interview zei de kardinaal tevens dat de Kerk haar geloofwaardigheid moet herwinnen.

Volgens kardinaal Jean-Claude Hollerich worden aanvallen op religieuze vrijheid het grote probleem dat Europa in de toekomst zal ervaren. “Nu wordt de Kerk niet vervolgd; dat zou overdreven zijn”, zei de kardinaal in een recent interview met het Italiaanse persbureau ACI Stampa. “Maar in sommige landen zijn er op bepaalde niveaus wel kleine aanvallen op de godsdienstvrijheid. Daarvoor moeten we op onze hoede zijn.”

Fundamentele rechten herstellen

Hollerich is aartsbisschop van Luxemburg en voorzitter van de Commissie van de Bisschoppenconferenties van de Europese Unie (COMECE). Deze commissie werd in 1980 opgericht en bestaat uit de bisschoppenconferenties van de 27 EU-lidstaten.

Vorig jaar sprak COMECE zich uit tegen het langdurig dichthouden van kerken tijdens coronalockdowns met betrekking tot vrijheid van religie en vrijheid van erediensten. “COMECE benadrukt dat de afkalving van fundamentele rechten zoals godsdienstvrijheid in de huidige noodsituatie niet de nieuwe norm mag worden. Deze rechten moeten zodra het mogelijk is weer volledig hersteld worden”, liet de commissie destijds weten.

Geloofwaardigheid herwinnen

In het gesprek met ACI Stampa noemde Hollerich het aantal katholieken dat tijdens de pandemie een Mis mocht bijwonen in België “belachelijk”. Lange tijd mochten er slechts vijftien mensen per Mis aanwezig zijn in België; sinds deze maand is dat aantal opgeschroefd naar honderd. Ook bekritiseerde de kardinaal het langlopende verbod op openbare Missen in Ierland. Volgens de kardinaal heeft de Kerk in beide landen “een slechte reputatie”.

“De Kerk moet zich op een eerlijke manier profileren om geloofwaardigheid te herwinnen”, aldus kardinaal Hollerich. “Na de zaken van seksueel misbruik is dat hoognodig, zowel voor de samenleving als voor gelovigen, omdat veel mensen alle vertrouwen in de Kerk verloren hebben. Dit moet veranderen. We moeten ons zeer bescheiden opstellen en transparant zijn.”

Eerder dit jaar zette Hollerich ook zijn vraagtekens bij een wetsvoorstel in Denemarken, dat eist dat alle preken in het Deens vertaald worden. Volgens de kardinaal zou dat een beperking van de godsdienstvrijheid zijn.

Recht op abortus

Momenteel houdt COMECE volgens kardinaal Hollerich een rapport voor het Europees Parlement in de gaten waarin gepleit wordt voor een “recht op abortus” en waarin gewetensbezwaar “onthouding van medische zorg” genoemd wordt. Het rapport is een poging “om het Europees Parlement te laten stemmen voor abortus als mensenrecht en tegen de vrijheid van geweten”, zei Hollerich. “Daar zijn wij het natuurlijk niet mee eens.” Over dat rapport zal het Parlement op 24 juni stemmen.

“Ik denk dat we duidelijk moeten maken dat zo’n rapport tegen het subsidiariteitsbeginsel is”, aldus de kardinaal. Het subsidiariteitsbeginsel houdt in dat hogere instanties niet iets moeten doen wat een lagere instantie kan doen. “Abortuswetgeving is een aangelegenheid van landen, niet van de EU. Daarom zou het een grote zonde zijn als de EU geen respect heeft voor de subsidiariteit die zij zo hoog in het vaandel heeft staan.” Volgens kardinaal Hollerich is dat het beste argument om EU-politici ervan te overtuigen om tegen de voorstellen uit het rapport te stemmen.


Overgenomen met toestemming van Katholiek Nieuwsblad.


Paus tot diplomaten: pijnlijk om te zien hoe abortus oprukt

Katholiek Nieuwsblad, 10 februari 2021

Paus Franciscus vindt het “pijnlijk” om te zien hoe steeds meer landen afstand nemen van hun “onvervreemdbare plicht om het menselijk leven te beschermen” van de conceptie tot de natuurlijke dood.

Dit zei hij maandag in zijn jaarlijkse toespraak tot de bij de Heilige Stoel geaccrediteerde diplomaten.

Het lijkt een verwijzing naar onder meer zijn thuisland Argentinië, waar eind vorig jaar de abortuswetgeving werd geliberaliseerd. In het naburige Chili buigt een parlementscommissie zich op dit moment over een mogelijke liberalisering van abortus.

De waarde van het leven

Volgens de paus heeft de Covid-pandemie de mensheid gedwongen “om twee onvermijdelijke dimensies van het bestaan onder ogen te zien: ziekte en dood. Op die manier heeft ze ons herinnerd aan de waarde van het leven, van ieder individueel mensenleven en zijn waardigheid, op ieder moment van zijn aardse pelgrimstocht, van de conceptie in de baarmoeder tot zijn natuurlijke einde”.

“Het is echter pijnlijk om op te merken dat onder het voorwendsel van het garanderen van veronderstelde subjectieve rechten, een groeiend aantal rechtssystemen in onze wereld zich lijken te verwijderen van hun onvervreemdbare plicht om het menselijk leven in al zijn fases te beschermen”.

Recht op leven

Het “recht op leven” is een fundamenteel mensenrecht, zei Franciscus, “want iedere menselijke persoon is een doel in zichzelf, en nooit slechts een middel dat enkel wordt gewaardeerd om zijn bruikbaarheid”.

“Mensen zijn geschapen om samen te leven in gezinnen, gemeenschappen en maatschappijen, waar allen gelijk zijn in waardigheid. De mensenrechten komen uit deze waardigheid voort, net als de menselijke plichten, zoals de verantwoordelijkheid om de armen, de zieken en de uitgeslotenen bij te staan.”

“Als we de zwaksten onder ons het recht op leven ontzeggen, hoe kunnen we dan effectief het respect voor ieder ander recht garanderen?”

Universele toegang tot basale zorg

De paus sprak in zijn toespraak van een uur over de crises die de wereld doormaakt: die van de pandemie, maar ook een crisis op de vlakken van klimaat, economie en politiek.

Hij riep regeringsleiders wereldwijd op om te zorgen voor een “universele toegang tot basale gezondheidszorg”. Ook zijn er gezamenlijke internationale initiatieven nodig “om de werkgelegenheid te steunen en de armste delen van de bevolking te beschermen” nu de economie onder de coronapandemie te lijden heeft.

Zonder economische stabiliteit voor iedereen dreigen mensen ten prooi te vallen “aan de gesel van uitbuiting”. Ook moeten “de woeker en corruptie waaronder veel landen in de wereld lijden” worden bestreden, “net als andere onrechtvaardigheden die dagelijks voorkomen onder de vermoeide en afgeleide blik van onze hedendaagse samenleving”.

Hoop op vrede in Syrië

Franciscus sprak verder onder meer ook over het risico van isolatie nu mensen steeds meer thuis achter schermen zitten. Ook liet hij zijn steun blijken voor internationale verdragen die pogen de hoeveelheid nucleaire en andere wapens in de wereld terug te dringen.

Verder kwam de moeilijke situatie van christenen in Libanon ter sprake, net als de pauselijke hoop dat in het nieuwe jaar na tien jaar een einde komt aan de strijd in Syrië. Hij vroeg de internationale gemeenschap om “de oorzaken van het conflict met eerlijkheid en moed aan te pakken”.

Terreur veroordeeld

Hij veroordeelde het terrorisme in de wereld, dat sinds 11 september 2001 verhevigd is. Terreuraanvallen, zei hij, treffen vaak kerken en andere gebedshuizen “waar gelovigen bijeen zijn in gebed”.

Hij zei dat overheden, ongeacht hun politieke of religieuze opvattingen, de plicht hebben deze plaatsen te beschermen. Dat, benadrukte hij, “is een direct gevolg van de verdediging van de vrijheid van denken, geweten en godsdienst”.

Klimaatverandering

Franciscus wees op verschillende plaatsen in de wereld waar politieke spanningen oplopen en waar zich humanitaire crises afspelen.

Ook hoopt hij dat de VN-klimaattop die in november in Glasgow plaatsvindt, tot effectieve afspraken over de bestrijding van de gevolgen van klimaatverandering zal leiden.

Hij kon “de toegenomen opwarming van de aarde” niet onbenoemd laten. Die “heeft verwoestende branden veroorzaakt in Australië en Californië” en overstromingen in Vietnam en de Filipijnen.

“Ook in Afrika is klimaatverandering, verergerd door roekeloze menselijke interventies – en nu door de pandemie – een reden voor ernstige zorg”, in het bijzonder vanwege de negatieve invloed op de voedselsituatie in allerlei landen.

De vrijheid van godsdienst

Franciscus eindigde zijn toespraak met erop te wijzen dat “we de geestelijke en morele dimensie van de menselijke persoon niet als minder belangrijk dan de fysieke gezondheid” kunnen zien.

“Bovendien is de vrijheid van godsdienstuitoefening geen afgeleide van de vrijheid van vergadering. Zij is in essentie afgeleid van het recht op vrijheid van godsdienst, wat het primaire en fundamentele mensenrecht is”, dat “dus moet worden gerespecteerd, beschermd en verdedigd door burgerlijke autoriteiten, zoals het recht op lichamelijke en geestelijke gezondheid”.

“Wat dat betreft kan een gezonde zorg voor het lichaam nooit de zorg voor de ziel negeren.”