Katholieke Stichting Medische Ethiek
11 februari 2011

XIXe Wereldziekendag (2011)

Paus Benedictus XVIBoodschap van paus Benedictus XVI voor de negentiende Wereldziekendag
“Door zijn striemen bent u genezen” (1 Pe 2:24)

11 februari 2011
Paus Benedictus XVI

Dierbare broeders en zusters !

De Kerk viert Wereldziekendag op 11 februari, de jaarlijkse gedenkdag van Onze Lieve Vrouw van Lourdes. Zoals de eerbiedwaardige Johannes Paulus II het wilde, biedt dat een goede gelegenheid om over het mysterie van het lijden na te denken. Vooral ook om onze parochies en de burgermaatschappij meer oog te doen krijgen voor onze zieke broeders en zusters.

Als ieder mens onze broeder is, hoort toch zeker de zieke, lijdende en zorgbehoevende in het middelpunt van onze aandacht te staan. Geen van hen mag zich vergeten of aan de kant geschoven voelen. Immers, “de maatstaf voor menselijkheid wordt wezenlijk bepaald in relatie met het lijden en de lijdende mens. Dat geldt zowel de enkeling als de samenleving als geheel. Een maatschappij die niet in staat is hen te accepteren en te helpen door de pijn met ‘mede-lijden’ te delen en innerlijk mee te dragen is een wrede en onmenselijke maatschappij” (Encycliek Spe salvi, 38). Moge de zorg voor hen steeds effectiever worden door de initiatieven in elk bisdom op deze werelddag, tevens met het oog op de plechtige viering in 2013 in het Duitse Mariabedevaartsoord Altötting.

1. Ik ben met mijn hart nog altijd bij dat bijzondere moment tijdens mijn pastorale bezoek aan Turijn. Ik mocht toen in overdenking en gebed stilstaan bij de lijkwade van Christus. Die herinnert ons eraan hoe Christus zelf het lijden van de mens uit alle tijden en plaatsen op zich nam. Ook ons lijden, onze moeilijkheden en onze zonden. Hoeveel gelovigen zijn in de loop van de geschiedenis niet langs dit grafkleed gegaan dat eens het lichaam van een gekruisigde heeft omgeven! Geheel zoals de evangeliën ons hebben overgeleverd over het lijden en sterven van Jezus. Deze beschouwing nodigt ook uit om na te denken over wat Petrus schrijft: “Door zijn striemen bent u genezen” (1 Pe 2:24). De Zoon van God heeft geleden, is gestorven en ook weer verrezen. En juist daarom worden die wonden van Hem tot teken van onze verlossing en vergeving en van verzoening met de Vader. Zij worden echter ook toetssteen van het geloof van de discipelen en van ons. Elke keer namelijk dat de Heer over zijn lijden en dood spreekt begrijpen zij het niet, wijzen ze het af en gaan er tegen in. Voor hen, evenals voor ons, is lijden altijd beladen met mysterie, moeilijk te accepteren en te dragen. De twee Emmausgangers zijn bedroefd door de gebeurtenissen die dagen in Jeruzalem. Pas als de Verrezene dan met hen meeloopt stellen zij zich open voor een nieuwe visie (vgl. Lc 24:13-31). Zelfs de apostel Thomas laat zijn moeite zien om te geloven in de weg van het verlossende lijden: “Ik wil zijn handen zien, met de gaten van de spijkers erin, ik wil ze met mijn vingers voelen. Ik wil met mijn hand de opening in zijn zijde voelen. Anders geloof ik niet” (Joh 20:25). Maar voor Christus die hem zijn wonden laat zien verandert zijn antwoord in een bewogen geloofsbelijdenis: “Mijn Heer en mijn God!” (Joh 20:28). Wat eerst als Jezus’ schijnbare falen en een onoverkomelijk obstakel was wordt in de ontmoeting met de Verrezene een bewijs van zegevierende liefde: ‘Alleen een God die ons zo liefheeft, dat Hij zelf onze wonden, pijn en vooral onschuldig lijden op zich neemt, is geloofwaardig.’ (Urbi et Orbi Paasboodschap 2007).

2. Dierbare zieken en lijdenden, juist door de wonden van Christus kunnen wij al het kwaad dat de mensheid kwelt door de ogen van de hoop zien. Door weer op te staan nam de Heer niet het lijden en kwaad weg van de wereld, maar overwon het in de wortel. Hij stelde tegenover de hovaardigheid van het kwaad de almacht van zijn liefde. Hij heeft ons daarmee laten zien dat de weg van vrede en vreugde die van de liefde is: “Zoals ik jullie heb liefgehad, zo moeten jullie elkaar liefhebben (Joh 13:34). Christus, de overwinnaar van de dood, leeft in ons midden. En laten wij met Thomas zeggen “Mijn Heer en mijn God!” en onze Meester volgen, bereid ons leven aan onze broeders en zusters te wijden (vgl. 1 Joh 3:16), en zo boodschappers worden van een vreugde die geen pijn vreest, de vreugde van de Verrijzenis.

De heilige Bernardus heeft gezegd: ‘God kan niet lijden, Hij kan medelijden’. God, de waarheid en de liefde in eigen persoon, wilde voor en met ons lijden. Hij werd mens zodat Hij met de mens kon medelijden, werkelijk, in vlees en bloed. Binnen elk menselijk lijden is daarom Degene gekomen die het lijden en uithouden deelt. Elk lijden is vervuld van con-solatio, de troost van Gods deelnemende liefde en daarmee de opgaande ster van de hoop (vgl. de Encycliek Spe salvi, 39).

Ik herhaal deze boodschap voor u, dierbare broeders en zusters, opdat u er getuigen van moogt zijn door uw lijden, uw leven en uw geloof.

3. Met het oog op de bijeenkomst van de Wereldjongerendagen in augustus 2011 te Madrid wil ik graag jongeren, met name hen die ziekte doormaken, een speciale gedachte meegeven. Vaak boezemen Jezus’ lijden en kruis angst in, omdat deze de ontkenning van het leven lijken te zijn. In werkelijkheid is het tegendeel het geval! Het kruis is Gods ‘ja’ tegen de mensheid, de hoogste en meest intense uitdrukking van zijn liefde en de bron waaruit het eeuwige leven stroomt. Dit goddelijke leven vloeide uit het doorboorde hart van Jezus. Alleen Hij kan de wereld bevrijden van het kwaad en de groei bewerken van het koninkrijk der gerechtigheid, vrede en liefde waar wij allemaal naar streven (vgl. Boodschap voor Wereldjongerendag 2011, 3). Beste jongeren, leer Jezus te ‘zien’ en te ‘ontmoeten’ in de Eucharistie, waarin Hij werkelijk voor ons tegenwoordig is en zich zelfs tot voedsel voor onze reis maakt. Maar weet Hem ook te herkennen en dienen in de armen, de zieken, onze broeders en zusters die lijden en moeilijkheden hebben en onze hulp behoeven (vgl. ibid., 4). Tot jullie allen, zowel zieke als gezonde jongeren, herhaal ik mijn uitnodiging om bruggen van liefde en solidariteit te bouwen, zodat niemand zich alleen voelt, maar juist dicht bij God en deel van de grote familie van zijn kinderen (vgl. Algemene Audiëntie, 15 november 2006).

4. Als we de wonden van Jezus beschouwen richt onze blik zich op zijn allerheiligst hart, waarin Gods liefde zich op ultieme wijze openbaart. Het heilig hart is de gekruisigde Christus met zijn door een lans doorstoken zijde, waaruit bloed en water vloeit (vgl. Joh 19:34). Dat staat symbool voor “de sacramenten van de Kerk, opdat alle mensen worden toegetrokken naar het hart van de Verlosser en met vreugde mogen drinken van de eeuwige bron die redding biedt” (vgl. Romeins Missaal, Voorwoord bij de Plechtigheid van het Heilig Hart van Jezus). Met name u, dierbare zieken, voel de nabijheid van dit liefdevolle hart, put met geloof en vreugde van deze bron en bid: “Water uit de zijde van Christus was mij, lijden van Christus sterk mij, o goede Jezus verhoor mijn gebeden en verberg mij in uw wonden” (Gebed van St. Ignatius van Loyola).

5. Ter afsluiting van deze boodschap voor de komende Wereldziekendag uit ik graag aan eenieder mijn genegenheid en mijn zo gevoelde deelname aan uw dagelijkse verdriet en hoop, in eenheid met de gekruisigde en opgestane Christus, die u vrede en genezing van het hart moge schenken. Moge samen met Hem de Maagd Maria, die we met vertrouwen aanroepen als Heil van de zieken en de Troosteres der bedroefden, waken aan uw zijde! Aan de voet van het kruis werd de profetie van Simeon vervuld: haar moederhart wordt doorboord (vgl. Lc 2:35). Vanuit de diepte van haar smart om die van haar Zoon werd Maria in staat gesteld de nieuwe opdracht te aanvaarden: de moeder te worden van Christus in zijn ledematen. In het uur van het kruis wijst Jezus naar elk van zijn leerlingen en zegt tot haar: “Ziedaar uw zoon” (vgl. Joh 19:26-27). Haar moederlijk medeleven met haar Zoon wordt moederlijk medeleven met elk van ons in ons dagelijkse lijden (vgl. Preek in Lourdes, 15 september 2008).

Dierbare broeders en zusters, op deze Wereldziekendag nodig ik ook de autoriteiten uit zich steeds meer voor een zorgstelsel in te zetten dat hulp en ondersteuning biedt aan de lijdenden, vooral de armsten en meest behoeftigen. En mij in gedachten wendend tot alle diocesen zend ik een hartelijke groet aan de bisschoppen, priesters, godgewijden, seminaristen, werkers in de zorg, vrijwilligers en allen die zich met liefde wijden aan de behandeling en verzachting van de wonden van elke zieke broeder en zuster in ziekenhuizen of verpleeghuizen en in gezinnen. Moge u in de gezichten van de zieken altijd het aangezicht der aangezichten kunnen zien: dat van Christus.

Ik verzeker u allen, dat ik u zal gedenken in mijn gebeden en geef u mijn apostolische zegen.

Vanuit het Vaticaan, 21 november 2010, feest van Christus Koning.

Benedictus XVI

Vertaling: H.P.P Lohman MA
Overgenomen met toestemming van RKkerk.nl.


‘By his wounds you have been healed’ (1 Pt 2:24)

4 februari 2011
Paus Benedictus XVI

Dear Brothers and Sisters,

Every year, on the day of the memorial of the Blessed Virgin of Lourdes, which is celebrated on 11 February, the Church proposes the World Day of the Sick. This event, as the venerable John Paul II wanted, becomes a propitious occasion to reflect upon the mystery of suffering and above all to make our communities and civil society more sensitive to our sick brothers and sisters. If every man is our brother, much more must the sick, the suffering and those in need of care be, at the centre of our attention, so that none of them feels forgotten or emarginated; indeed, ’the true measure of humanity is essentially determined in relationship to suffering and to the sufferer. This holds true both for the individual and for society. A society unable to accept its suffering members and incapable of helping to share their suffering and to bear it inwardly through “com-passion” is a cruel and inhuman society’ (Encyclical letter Spe salvi, n. 38). The initiatives that will be organised in each diocese on the occasion of this Day should be a stimulus to make care for the suffering increasingly effective, also in view of the solemn celebration that will take place in 2013 at the Marian sanctuary of Altötting in Germany.

1. I still have in my heart the moment when, during the course of the pastoral visit to Turin, I was able to pause in reflection and prayer before the Holy Shroud, before that suffering face, which invites us to reflect on He who took upon himself the passion of man, of every time and place, even our sufferings, our difficulties, our sins. How many faithful, during the course of history, have passed in front of that burial cloth, which enveloped the body of a crucified man, and which completely corresponds to what the Gospels hand down to us about the passion and death of Jesus! To contemplate it is an invitation to reflect upon what St. Peter writes: ‘By his wounds you have been healed’ (1 Pt 2:24). The Son of God suffered, died, but rose again, and precisely because of this those wounds become the sign of our redemption, of forgiveness and reconciliation with the Father; however they also become a test for the faith of the disciples and our faith: every time that the Lord speaks about his passion and death, they do not understand, they reject it, they oppose it. For them, as for us, suffering is always charged with mystery, difficult to accept and to bear. The two disciples of Emmaus walk sadly because of the events that had taken place in those days in Jerusalem, and only when the Risen One walks along the road with them do they open up to a new vision (cf. Lk 24:13-31). Even the apostle Thomas manifests the difficulty of believing in the way of redemptive passion: “Unless I see the mark of the nails in his hands, and put my finger in the mark of the nails and put my hand into his side, I will not believe” (Jn 20:25). But before Christ who shows his wounds, his response is transformed into a moving profession of faith: “My Lord and my God!” (Jn 20:28). What was at first an insurmountable obstacle, because it was a sign of Jesus’ apparent failure, becomes, in the encounter with the Risen One, proof of a victorious love: ‘Only a God who loves us to the extent of taking upon himself our wounds and our pain, especially innocent suffering, is worthy of faith.’ (Urbi et Orbi Message, Easter 2007).

2. Dear sick and suffering, it is precisely through the wounds of Christ that we are able to see, with eyes of hope, all the evils that afflict humanity. In rising again, the Lord did not remove suffering and evil from the world, but he defeated them at their root. He opposed the arrogance of Evil with the omnipotence of his Love. He has shown us, therefore, that the way of peace and joy is Love: “Just as I have loved you, you also should love one another” (Jn 13:34). Christ, victor over death, is alive in our midst. And while with St. Thomas we also say “My Lord and my God!”, let us follow our Master in readiness to spend our lives for our brothers and sisters (cf. 1 Jn 3:16), becoming messengers of a joy that does not fear pain, the joy of the Resurrection.

St. Bernard observed: ‘God cannot suffer but He can suffer with’. God, who is Truth and Love in person, wanted to suffer for us and with us; He became man so that He could suffer with man, in a real way, in flesh and blood. To every human suffering, therefore, there has entered One who shares suffering and endurance; in all suffering con-solatio is diffused, the consolation of God’s participating love so as to make the star of hope rise (cf. Encyclical letter Spe salvi, n. 39).

I repeat this message to you, dear brothers and sisters, so that you may be witnesses to it through your suffering, your lives and your faith.

3. Looking forward to the appointment of Madrid, in August 2011, for the World Youth Day, I would also like to address a special thought to young people, especially those who live the experience of illness. Often the Passion, the Cross of Jesus, generate fear because they seem to be the negation of life. In reality, it is exactly the contrary! The Cross is God’s ‘yes’ to mankind, the highest and most intense expression of his love and the source from which flows eternal life. From the pierced heart of Jesus this divine life flowed. He alone is capable of liberating the world from evil and making his Kingdom of justice, peace and love, to which we all aspire, grow (cf. Message for the World Youth Day 2011, n. 3). Dear young people, learn to ‘see’ and to ‘meet’ Jesus in the Eucharist, where he is present in a real way for us, to the point of making himself food for our journey, but know how to recognise and serve him also in the poor, in the sick, in our brothers and sisters who are suffering and in difficulty, who need your help (cf. ibid., n. 4). To all you young people, both sick and healthy, I repeat my invitation to create bridges of love and solidarity so that nobody feels alone but near to God and part of the great family of his children (cf. General Audience, 15 November 2006).

4. When contemplating the wounds of Jesus our gaze turns to his most sacred Heart, in which God’s love manifests itself in a supreme way. The Sacred Heart is Christ crucified, with the side opened by the lance from which flowed blood and water (cf. Jn 19:34), ‘symbol of the sacraments of the Church, so that all men, drawn to the Heart of the Saviour, might drink with joy from the perennial fountain of salvation’ (Roman Missal, Preface for the Solemnity of the Sacred Heart of Jesus). Especially you, dear sick people, feel the nearness of this Heart full of love and draw with faith and joy from this source, praying: ‘Water of the side of Christ, wash me. Passion of Christ, strengthen me. O good Jesus, hear my prayers. In your wounds, hide me’ (Prayer of St. Ignatius of Loyola).

5. At the end of this Message of mine for the next World Day of the Sick, I would like to express my affection to each and everyone, feeling myself a participant in the sufferings and hopes that you live every day in union with the crucified and risen Christ, so that he gives you peace and healing of heart. Together with him may the Virgin Mary, whom we invoke with trust as Health of the Sick and Consoler of the Suffering, keep watch at your side! At the foot of the Cross the prophecy of Simon was fulfilled for her: her heart as a Mother was pierced (cf. Lk 2:35). From the depths of her pain, a participation in that of her Son, Mary is made capable of accepting the new mission: to become the Mother of Christ in his members. At the hour of the Cross, Jesus presents to her each of his disciples, saying: “Behold your son” (cf. Jn 19:26-27). Her maternal compassion for the Son becomes maternal compassion for each one of us in our daily sufferings (cf. Homily at Lourdes, 15 September 2008).

Dear brothers and sisters, on this World Day of the Sick, I also invite the authorities to invest more and more in health-care structures that provide help and support to the suffering, above all the poorest and most in need, and addressing my thoughts to all dioceses I send an affectionate greeting to bishops, priests, consecrated people, seminarians, health-care workers, volunteers and all those who dedicate themselves with love to treating and relieving the wounds of every sick brother and sister in hospitals or nursing homes and in families: in the faces of the sick you should know how to see always the Face of faces: that of Christ.

I assure you all that I will remember you in my prayers, as I bestow upon you my Apostolic Blessing.

From the Vatican, 21 November 2010, the feast of Christ the King of the Universe.

Benedictus PP XVI