De barmhartige Samaritaan denkt niet aan euthanasie

Katholiek Nieuwsblad, 1 oktober 2020
door dr. Lambert Hendriks, moraaltheoloog, rector Groot-Seminarie Rolduc en voorzitter van de Katholieke Stichting Medische Ethiek.

Natuurlijk bevestigt het Vaticaan in een nieuwe brief zijn nee tegen euthanasie en hulp bij zelfdoding. Maar De barmhartige Samaritaan is veel méér dan dat.

Nu alle ogen op de zorg zijn gericht vanwege Covid-19, verschijnt in het Vaticaan de brief De barmhartige Samaritaan. Dit prachtige bijbelverhaal is het kader waarbinnen de Congregatie voor de Geloofsleer spreekt over belangrijke aspecten van de zorg voor stervende mensen.

De brief voelt erg actueel aan, maar de preciezere aanleiding is de al langer spelende verandering in de cultuur rond onze omgang met lijden en sterven.

Sterke aanklacht

De brief is in de kern een sterke aanklacht tegen breed geaccepteerde ontwikkelingen, maar het is gelukt de tekst zo positief mogelijk te laten zijn. Men benoemt de voornaamste bepalingen uit het kerkelijk leergezag, maar de positieve boodschap van de waardigheid van iedere mens staat centraal.

Dit komt ongetwijfeld door het kader, het verhaal van de barmhartige Samaritaan. Hij staat model voor het verlenen van hulp en zorg aan zijn naaste, en de Congregatie past een gedurfde exegese toe over de zorgkosten: om zijn naaste te helpen, investeert de Samaritaan ook geld dat hij nog niet heeft, als hij tegen de herbergier zegt: “Wat ge meer mocht besteden, zal ik u bij mijn terugkomst vergoeden.”

Bij de zieke zijn

In de brief zit nóg een terugkerend thema: ‘staan bij het kruis’. Op verschillende momenten komt terug dat men bij de zieke moet zijn, zoals men bij Jezus onder het kruis staat. Niet als toeschouwer, maar nabij, in een liefdevolle en zorgende band met de lijdende mens.

Er is dan ook veel aandacht voor palliatieve zorg, die ook deze liefdevolle houding moet kennen. Het gaat daarbij niet alleen om pijnbestrijding, maar ook om de ander het gevoel te geven dat hij begeleid en begrepen wordt. Pastorale zorg is daarbij net zo belangrijk. Echte zorg kan alleen slagen als die zich op heel de mens richt: ziel én lichaam hebben liefdevolle aandacht nodig.

De zo noodzakelijke hoop

In deze zin roept de Congregatie op om gebed, zingeving en vereniging met Christus opnieuw op waarde te schatten, juist in de context van het lijden. Zo ontstaat voor de lijdende mens de zo noodzakelijke hoop. Dit laat trouwens onverlet dat pijnbestrijding ook heel belangrijk is: ook dat wordt benadrukt.

De roep om goed om te gaan met lijden en sterven doet niets af aan de rol van de medische wetenschap, die uitdrukkelijk wordt aangesproken. Technologische en wetenschappelijke vooruitgang is goed en hoopvol.

Wel is er kritiek op de veel voorkomende technisch-contractuele relatie tussen arts en patiënt, waarin vertrouwen geen plaats meer heeft: ook daardoor kan een situatie ontstaan waarin euthanasie mogelijk wordt.

Ieder mens op waarde schatten

Deze brief roept vooral op om het leven van iedere mens op waarde te schatten, met de woorden van Johannes Paulus II: “Het leven is altijd een goed. Dit is een aanvoelen of zelfs een ervaringsgegeven, en de mens is geroepen om de diepe reden daarvan te begrijpen.”

Er is aandacht voor het veel voorkomende misverstand dat ‘kwaliteit van leven’ en ‘waardig sterven’ redenen zijn om tot euthanasie te komen. Dit wordt treffend benoemd als een verkeerd begrip van medelijden, dat de waardigheid van de persoon verwaarloost. Ook uit eigen beweging kan niemand erom vragen deze waardigheid te negeren.

Hard nodig

Helaas zijn de traditionele oorzaken van een veranderende cultuur die de menselijke waardigheid bedreigt, nog altijd relevant. Zo wijst de Congregatie op de invloed van het individualisme, maar ook de ‘wegwerpcultuur’, die mensen afschrijft die niet meer voldoen. De maatschappij moet echter lijden kunnen accepteren om niet onmenselijk en wreed te worden, aldus de Congregatie.

Deze brief is vooral hard nodig, omdat ook in onze streken een aantal fenomenen aan terrein wint. Het heeft altijd bij de katholieke opvatting gehoord dat voeding en vocht toedienen geen medisch handelen is, maar de verzorging van een hulpbehoevende mens. In de praktijk wordt dit in de laatste levensfase steeds vaker achterwege gelaten, ook zonder dat er medische redenen voor zijn. Evenmin mag palliatieve sedatie als zodanig een opstap zijn naar euthanasie.

Gewetensbezwaar

Met veel durf vermeldt de Congregatie dat in sommige instellingen euthanasie geaccepteerd wordt vanuit een economische druk. Ook is er veel aandacht voor het recht op gewetensbezwaren van werkers in de zorg.

“Het enige recht van de zieke is het recht om begeleid en verzorgd te worden met menselijkheid”, zo wordt benadrukt. Iedere zieke heeft daar recht op; daarnaast moet de nabijheid tot zieken ook bekering als doel in het oog houden. Niet eerder vermeldde een document van het leergezag trouwens zo duidelijk dat aanwezig zijn bij de uitvoering van euthanasie alleen maar begrepen kan worden als goedkeuring ervan.

Actuele slotoproep

Ook de slotoproep om te zorgen voor wie zorgt, is actueel. Voor en door alle betrokkenen – zieken, familie, naasten, pastores en werkers in de zorg – moet duidelijk zijn dat er altijd hoop is. Dat is het christelijke getuigenis dat recht doet aan de persoon, en dat maakt dat werken in de zorg resultaat en voldoening doet opleveren.

Overgenomen met toestemming van Katholiek Nieuwsblad.

image_pdfimage_print