Debat stervenshulp negeert problematiek eenzaamheid

Katholiek NieuwsbladKatholiek Nieuwsblad, 5 april 2012
door dr. R. Seldenrijk, directeur van de Nederlandse Patiënten Vereniging NPV en C.H. Ariese-van Putten, MSc, beleidsmedewerker NPV

In het publieke debat over voltooid leven wordt onvoldoende aandacht besteed aan het probleem van eenzaamheid, stellen Ruth Seldenrijk en Ariese-van Putten.

De Tweede Kamer stemde dinsdag over enkele moties rond stervenshulp aan ouderen. De motie om het burgerinitiatief ‘Voltooid leven’ opnieuw te agenderen als het tweede evaluatieonderzoek over de euthanasiewet is gepresenteerd, kreeg brede steun.

Als het aan een deel van de Kamer ligt, moeten zeventig-plussers hun leven kunnen beëindigen als dat voltooid is, ongeacht of ze ziek zijn of niet. Dit wetsvoorstel strekt veel verder dan de huidige euthanasiewet uit 2001, die volgens het burgerinitiatief Uit Vrije Wil te beperkend is. Hij biedt te weinig mogelijkheden voor stervenshulp aan deze zeventig-plussers. Vandaar het wetsvoorstel onder de naam ‘Wet toetsing stervenshulp aan ouderen’.

Verschillen
Maar wat is het verschil met de huidige euthanasiewet? Wat is de reikwijdte van het zelfbeschikkingsrecht en wordt er in het publieke debat over voltooid leven wel genoeg aandacht besteed aan het probleem van eenzaamheid?

De euthanasiewet is bedoeld voor ernstig lijdende zieken. Hij betreft dus medische problematiek. Dit in tegenstelling tot de Wet toetsing stervenshulp aan ouderen. Die is bedoeld voor ouderen die hun leven voltooid achten. Daarbij betreft het een existentiële problematiek: het gaat om een gebrek aan zinervaring.

Een tweede verschil betreft de persoon die stervenshulp verleent. Volgens de euthanasiewet mag alleen de arts stervenshulp verlenen. In het voorstel van Uit Vrije Wil mag alleen een gecertificeerd stervenshulpverlener de stervenshulp verlenen. Met deze nieuwe professionals valt stervenshulp niet meer binnen het exclusieve domein van artsen.

Het derde verschil is de leeftijdsgrens van 70 jaar. Dit in tegenstelling tot de euthanasiewet, die geen leeftijdsgrens hanteert.

Schade
Religieuze bezwaren spelen in het debat nauwelijks meer een rol. Er wordt in toenemende mate aandacht gevraagd voor de rechtsbeginselen keuzevrijheid en zelfbeschikking. Het verrichten van euthanasie wordt beschouwd als een daad van solidariteit en medemenselijkheid. De mens maakt echter deel uit van een samenleving. Daarom moet hij steeds rekening houden met de vrijheden en rechten van anderen.

Er is nog een grens. Zelfbeschikking mag niet leiden tot schade bij de naaste als individu en als collectief. Neem het zogenoemde zelfbeschikkingsrecht van ouderen die hun leven als voltooid beschouwen. Brengt dat geen schade toe aan het zelfbeschikkingrecht van ouderen als collectief?

Gevolgen
Het aannemen van het wetsvoorstel zal op termijn mogelijk ingrijpende maatschappelijke gevolgen hebben. Te denken valt aan een negatieve beeldvorming rond ouderdom en aan verheerlijking van een zelfgekozen dood. Ook neemt de draagkracht voor lijden en de acceptatie daarvan af.

In 2001 bleek uit onderzoek dat de overgrote meerderheid van onderzoeksparticipanten van mening was dat de euthanasiewet niet zou mogen gelden voor stervenshulp aan ouderen die hun leven voltooid achten. Het burgerinitiatief Uit Vrije Wil verzamelde 116.871 steunbetuigingen. Dit wekt de indruk dat er een opinieverandering gaande is. Is dat eigenlijk wel zo?

In de steunbetuiging staat als voorwaarde voor levensbeëindiging het ‘invoelbaar’ zijn van die stervenswens. Maar nadat de handtekeningen waren verzameld, heeft Uit Vrije Wil de ‘invoelbaarheid’ uit de tekst verwijderd. Dat is een ernstig misleidend feit.

Geen onderbouwing
We zouden denken dat deze ingrijpende problematiek diepgaand is doordacht. Dat er wetenschappelijk onderzoek is verricht naar aard van de problematiek, het aantal mensen, alternatieven, in ontwikkeling zijnde oplossingen en de vraag of wat voor handen is, ook daadwerkelijk is benut alvorens mensen te doden. Dat blijkt niet het geval.

En waarom vraagt de minister geen aandacht voor de problematiek van eenzaamheid en het gebrek aan zinervaring? De gevolgen daarvan zijn namelijk schrikbarend. Veel ouderen zijn eenzaam; voor hen heeft het leven zijn zin verloren. Het leven blijkt doelloos omdat de levensvisie wegvalt.

Cultuur van de dood
De vorige paus, Johannes Paulus II, noemde onze cultuur een cultuur van de dood. Doordat de mens zich geen rekenschap meer geeft van God, geeft hij zich ook geen rekenschap meer van de essentiële waarde van het menselijk leven. Het bloed van Christus geeft aan dat de mens kostbaar is in Gods oog en dat de waarde van zijn leven onschatbaar is. Daarom moeten we moedig en krachtig blijven getuigen van de wezenlijke waarde van het menselijk leven.

Zie ook de website van de NPV

Overgenomen met toestemming van Katholiek Nieuwsblad.

image_pdfimage_print