Embryoselectie: teken van een doodlopende cultuur

Katholiek Gezin, 30 juni 2008
door dr. F.J. van Ittersum is internist-nefroloog en bestuurslid van de Stichting Medische Ethiek

Beoogd of niet, het besluit van staatssecretaris Bussemaker om embryoselectie mogelijk te maken voor mensen met een genetisch bepaalde vorm van borstkanker heeft een discussie doen opwaaien die niet zomaar is uitgewoed. Veel reacties, veel emoties. Emoties die vaak uitmonden in het standpunt dat we toch allemaal recht hebben op gezonde kinderen.

Leed voorkomen
Lijden – zo is de tendens – moet niet alleen verlicht, maar ook met wortel en tak uitgeroeid worden: de abortuspraktijk bij prenatale diagnostiek en de euthanasiepraktijk gingen embryoselectie al voor. Ook wordt het ouders met aanleg voor erfelijke borstkanker moeilijk gemaakt kinderen te adopteren, wederom in een krampachtige poging leed te voorkomen.

Status embryo
In de maatschappelijke discussie wordt de centrale vraag wie of wat een embryo is en welke waarde het heeft vrijwel niet meer besproken. Iedereen bepaalt dit zelf op een subjectieve manier. De status van het embryo wordt ontleend aan wat het in de relatie met anderen toebedeeld krijgt. Een predikante in Trouw schreef pas moeite met selectie of abortus te hebben als dit in een fase zou gebeuren waarin de moeder het kind had voelen trappelen in de baarmoeder. “Voor die tijd had je toch geen relatie met het kind opgebouwd en kon het rustig geaborteerd worden.”

Binnen de rooms-katholieke Leer wordt er altijd van uitgegaan dat een embryo zijn waarde niet hoeft te ontlenen aan wat het door mensen toebedeeld krijgt, maar aan wat het door de scheppingsdaad van God is. Het feit dat het vanaf het prilste begin alles in zich heeft om uit te groeien tot een mens (intrinsieke finaliteit) maakt dat het ook vanaf de conceptie beschermwaardig is. Er zijn geen steekhoudende redenen om aan te nemen dat de bezieling door God pas later plaatsvindt en er dus een periode van verminderde beschermwaardigheid is. Het is – in tweede instantie – aan de mensen om deze waardigheid die het embryo hoe dan ook heeft in de relatie met het embryo te laten blijken.

Lijden dragen
We kunnen echter niet voorbijgaan aan een ander element in de discussie, namelijk het feit dat genetische aandoeningen veel leed kunnen veroorzaken. Dit is zeker iets waar wij open oog en oor voor moeten hebben. Hoezeer ook beoogd, mensen zullen lijden en leed nooit volledig kunnen elimineren uit onze leefwereld, ook niet door genetische diagnostiek. Er kunnen altijd nieuwe genetische afwijkingen ontstaan in families die niet belast zijn. Ook kunnen in een later stadium van de zwangerschap afwijkingen of beschadigingen ontstaan. Verder zullen niet genetisch bepaalde ziektes en ongelukken blijven voorkomen. Het voorbeeld dat Christus ons zelf heeft gegeven, is het lijden niet uit de weg te gaan, maar naast de lijdenden te gaan staan, het lijden op ons te nemen en de last van anderen te verlichten. Het willen verlichten of zelfs voorkomen van lijden rechtvaardigt nooit het doden van mensen die lijden of zullen kunnen gaan lijden. Als je op deze manier een embryo beschouwt als mens, mag je ook dit niet doden.

Stem verheffen
Is het dan zo dat christenen arrogant zijn als ze hun stem verheffen en misschien zelfs als minderheidspartij proberen te voorkomen dat embryoselectie mogelijk wordt voor echtparen die er geen bezwaar tegen hebben ? Allereerst is het niet arrogant om je eigen mening te verkondigen: dat is normaal in een samenleving die gekozen heeft om het publieke domein te laten besturen middels democratie. Daarnaast is het een plicht voor christenen om andere mensen – in liefde – duidelijk te maken dat hun geweten mogelijk dwaalt en zij geen goede beslissingen nemen. In geval van embryoselectie is het goed te verdedigen dat christelijke partijen niet aan een uitbreiding van de mogelijkheden willen meewerken. Het standpunt – zoals o.a. verwoord door oud-minister Borst – dat de overheid moet zorgen dat de technieken beschikbaar zijn en alle mensen individueel kunnen beslissen of zij er gebruik van willen maken, is in christelijke termen kil en niet betrokken: ook dwalingen van anderen mensen doen pijn en moeten ons ter harte gaan.

Knop om
Embryoselectie past in het huidige maatschappelijke klimaat waarin we – onterecht – denken dat we lijden geheel kunnen uitbannen. We proberen het echter toch zo krampachtig dat het doden van menselijk leven – zoals bij prenatale diagnostiek gevolgd door abortus, maar ook bij embryoselectie – geen obstakel meer is. Ondertussen leidt onze tijdgeest – waarin individueel gevoel en emotie een steeds belangrijkere rol spelen – ertoe dat we het embryo niet direct meer als mens herkennen en erkennen. Het zou verstandig zijn de knop om te zetten, onze blik primair te richten op God, vanuit het geloof in Hem embryo’s en foetussen de beschermwaardigheid te geven die hen toekomt, Christus te volgen en het lijden op ons te nemen, o.a. naast de lijdende te gaan staan en hun leed te verlichten.

Suggesties om verder te lezen:
– Embryo en christelijke mensvisie. Wanneer wordt het embryo een menselijke persoon? – mgr.dr. W.J. Eijk
– Het embryo mens vanaf de conceptie – mgr.dr. W.J. Eijk
– Het embryo – Iets of iemand ? – Publicatie Stichting Medische Ethiek
– Veel nieuwe dilemma’s bij kloneren en onderzoek op embryocellen. De Joodse visie op het embryo – rabbijn mr.drs. R. Evers
– Mogen katholieke politici meewerken aan legalisering van euthanasie en hun visie aan anderen opleggen ? Over medewerking in de politiek. – mgr.dr. W.J. Eijk

image_pdfimage_print