Katholiek Nieuwsblad, 24 maart 2006
door Lucas Hartong
De Italiaanse minister Giovanardi heeft vorige week gezegd dat het Nederlandse euthanasiebeleid erg veel wegheeft van de Nazi-praktijken. Pittig taalgebruik, maar: heeft hij gelijk of niet?
“Ik zal niemand een dodelijk geneesmiddel toedienen, ook niet aan iemand die dit van mij vraagt; zelfs een aanwijzing in die richting zal ik niet verstrekken.”
– Uit de Eed van Hippocrates (ca. 400 voor Christus)
De Italiaanse minister Giovanardi heeft opnieuw gesproken en Den Haag luistert. Afgelopen weekeinde verklaarde hij: “Nu de Italianen de monsterlijkheid beginnen te kennen van de ontwikkeling van de Nederlandse wetgeving over het uit de weg ruimen van volwassenen en kinderen die ‘levens hebben, onwaardig om geleefd te worden’, zou ik willen weten waarvoor de Italiaanse regering excuses zou moeten aanbieden aan de Nederlandse regering.” De minister verklaarde eerder al dat het Nederlandse euthanasiebeleid erg veel wegheeft van de Nazi-praktijken. Pittig taalgebruik waarover je heel wat kunt discussiëren, maar: heeft hij gelijk of niet?
Aktion T4
In 1920 verscheen het boek Die Freigabe der Vernichtung lebensunwerten Lebens van de hoogleraren Alfred Hoche en Karl Binding. Kern van het betoog is dat patiënten die vragen om ‘euthanasiebegeleiding’, dat moeten kunnen krijgen van hun arts onder nauwkeurig gecontroleerde voorwaarden. Dat idee was niet nieuw en werd ruim voor de opkomst van de Nazi’s opgeschreven. Hitier maakte er goed gebruik van. In oktober 1939 kwam hij met Aktion T4, waarin plannen werden ontvouwd om ‘levens die niet levenswaardig waren’ te beëindigen. De focus lag daarbij op baby’s, zeer jonge kinderen en ernstig zieken. Dokters en verpleegkundigen dienden een registratie bij te houden van kinderen tot drie jaar die symptomen vertoonden van mentaal trage ontwikkeling, lichamelijke afwijkingen of andere symptomen als vermeld op een speciaal Reichsformular. Men sprak van ‘genadedood’. Het Duitse Ministerie van Justitie kwam tot de volgende concrete beleidslijnen:
1) Eenieder die lijdt aan een ongeneeslijke of terminale ziekte, die een ernstige last is voor hem of anderen, kan euthanasie vragen aan een arts, vooropgesteld dat dit zijn uitdrukkelijke wens is en de instemming heeft van een speciaal daartoe geautoriseerd arts.
2) Het leven van een persoon die vanwege ongeneeslijk mentale ziekte permanente opname nodig heeft, en die niet in staat is een zelfstandig bestaan te leiden, mag voortijdig beëindigd worden door medisch ingrijpen, op een pijnloze en besloten wijze.
Geweten
Na de Tweede Wereldoorlog zijn verpleegkundigen veroordeeld voor het ombrengen van meer dan 10.000 personen in het kader van Aktion T4. Sommige verpleegkundigen verklaarden last te hebben van hun geweten, maar de meesten zagen niets verkeerds in hun handelwijze en waren ervan overtuigd hun slachtoffers een dienst te hebben bewezen door hen te verlossen uit hun lijden. “Als verpleegster heb je niet het niveau van opleiding van een arts en dus kun jij niet even nagaan of hij wel gelijk heeft in dit specifieke geval. Het permanente proces van vertrouwen in de arts wordt je tweede natuur, in die mate dat een groot deel van je eigen denken wordt uitgeschakeld.”
Zonder toestemming
Onlangs werd het Groningen Protocol gepubliceerd, waarin onder expliciet vastgelegde regelgeving euthanasie op pasgeborenen kan worden toegepast, met instemming van de ouders. Zou dat laatste zo expliciet worden toegevoegd als een soort morele goedkeuring? Het Nazi-programma werd gelegitimeerd door officiële regels en wetten en werd zo in een juridisch goedgekeurd jasje verpakt. Uit getuigenissen van verpleegkundigen blijkt dan ook dat zij ervan uitgingen dat euthanasie toegestaan was. De enkeling die problemen met het geweten kreeg, suste het met die wetenschap en de gedachte dat een arts het toch niet bij het verkeerde eind kon hebben. Wat dat betreft is er weinig veranderd. lets dat ‘mag’, wordt goedgekeurd én toegepast door een ‘wijze meerdere’ kan toch niet ‘verkeerd’ zijn? De indruk wordt verder gewekt dat euthanasie op pasgeborenen in Nederland uitsluitend wordt toegepast met uitdrukkelijke toestemming van de ouders. Dat blijkt niet juist te zijn. In 1997 publiceerde het toonaangevende medische tijdschrift The Lancet dat op ongeveer 8 procent van de pasgeborenen actieve euthanasie wordt toegepast, wat neerkomt op zo’n 85 baby’s per jaar. Van die 85 werd bij 18 pasgeborenen (21%) euthanasie toegepast zonder raadpleging of toestemming van de ouders.
Dicht bij de waarheid
Waarom maken Bot en Balkenende zich dus zo druk om de uitspraken van hun Italiaanse collega? Ik denk omdat zij beseffen dat de minister dan nog niet helemaal gelijk heeft, maar wel akelig dicht bij de waarheid zit. Onze Nederlandse politici willen het Nederlandse euthanasiestandpunt internationaal ‘uitleggen’, maar sommige zaken blijken niet voor uitleg vatbaar. Bovendien zijn de Nederlandse politici kennelijk niet ‘vatbaar’ voor een ander standpunt in deze delicate materie. Nederland denkt het weer eens beter te weten als slimste jongetje van de klas. Dát is reden tot bezorgdheid, net als het euthanasiebeleid van ons land, waar plaatsvervangende schaamte en raadpleging van het ethische geweten past. Raar dat juist CDA-politici dat niet beseffen.
Overgenomen met toestemming van Katholiek Nieuwsblad.