Katholiek Nieuwsblad, 13 april 2018
door Roelof Bisschop, Tweede Kamerlid voor de SGP
De Tweede Kamer sprak vorige week met minister Van Engelshoven over het emancipatiebeleid van het kabinet. Dat debat gaf volgens Roelof Bisschop alle reden om waakzaam te zijn en een weerwoord te bieden.
Minister Van Engelshoven bevestigde in het debat dat zij de samenleving wil beïnvloeden met haar ideeën over genderdiversiteit. Met de emancipatienota zet het kabinet inderdaad nieuwe stappen om emancipatieprincipes ingang te laten vinden in onze samenleving. Het beleid beperkt zich niet tot goede doelstellingen om bijvoorbeeld geweld tegen homoseksuelen stevig aan te pakken. Nee, de minister ziet duidelijk een rol weggelegd om haar opvattingen tussen de oren van burgers te krijgen. Het kabinet streeft naar zogeheten genderdiversiteit. Dat is het recht om zelf je identiteit vorm te geven. De veronderstelling daarbij is dat de (seksuele) identiteit van burgers een keuzemenu is dat eigenlijk niets te maken heeft met een natuurlijke orde. Dat is een gevaarlijke mythe die een bedreiging vormt voor de opvoeding in gezinnen en het onderwijs. De gezonde ontwikkeling van jongens en meisjes staat op het spel.
Grote invloed media
Het kabinet grijpt naar alle belangrijke kanalen voor de beïnvloeding van burgers. Het zijn de kanalen die overheden in vrije samenlevingen juist met terughoudendheid benaderen: de media, onderwijzend personeel en uitgevers van schoolboeken. Volgens de minister dragen deze kanalen bij aan verkeerde beeldvorming, want ze sluiten onvoldoende aan bij haar opvattingen. Ze ziet liever dat deze partijen háár visie op de wereld gaan doorgeven. De bewindsvrouw beseft dat de media grote invloed hebben en wil daarom grote invloed op de media. Zij gaat die daarom structureel in de gaten houden. In het debat verweerde de minister zich door te stellen dat zij slechts feitelijke gegevens boven tafel wil krijgen. Die schijnbaar bescheiden opstelling is weinig geloofwaardig. Uit haar eigen verklaringen blijkt dat ze vooral een middel zoekt om de beeldvorming naar haar hand te zetten. De minister gaat daarbij, zonder onderbouwing, uit van de zonderlinge gedachte dat de maatschappij geknecht wordt door rolpatronen die burgers zelf niet als probleem ervaren.
Zweedse taferelen
Het kabinet geeft subsidie om stereotype beeldvorming over mannelijkheid, vrouwelijkheid en relaties te doorbreken. Dat het kabinet niet duidelijk maakt wat precies onder die stereotype beelden begrepen moet worden, maakt dit pad zo glibberig. Vallen Zweedse taferelen hier bijvoorbeeld ook onder, waar poppen voor meisjes en blokken voor jongens verdacht zijn?
En is het ook stereotiep als vrouwen minder dan mannen gehecht zijn aan status, geld en invloed, en meer behoefte hebben aan vrije tijd en vriendschap? Het is dubieus dat de overheid zich met behulp van subsidie in zulk soort rolpatronen wil mengen. De inzet om verschillen tussen man en vrouw uit te willen wissen, staat bovendien haaks op het groeiende inzicht op basis van neuro-onderzoek dat meisjes en jongens bijvoorbeeld op verschillende manieren leren en dat het onderwijs daar rekening mee moet houden.
Levensgrote misstanden
Het kabinet is bijzonder selectief in de maatschappelijke beeldvorming en rolpatronen die het wil bestrijden. Dat geeft te denken. De nota blijft bijvoorbeeld oorverdovend stil over de uitbuiting van vrouwen in onze samenleving. Waarom spreekt de minister geen woord van protest over de fictie dat prostitutie een normaal beroep zou zijn, terwijl de misstanden levensgroot zijn? En waarom ontbreekt verontwaardiging over het feit dat vrouwen in de publieke ruimte regelmatig als lustobject worden behandeld? Over de invloed van maatschappelijke rolpatronen gesproken… Toch gaat de minister niet in overleg met gemeenten en reclamemakers. De overheid beroept zich gretig op het respect dat ze heeft voor de vrijheid van meningsuiting.
Kinderen als speelbal
Opvallend is dat kinderen in de emancipatienota vooral als speelbal figureren. Dat zij vooral het kind van de rekening zijn, blijkt niet alleen uit het genderbeleid, maar ook uit het gezinsbeleid. Alles draait om geld, economie en arbeid, niet om zorg en omzien naar de zwaksten en kleinsten van de samenleving. Het kabinet stimuleert beide ouders om nóg meer te werken, financieel onafhankelijk te zijn en meer voor hun carrière te gaan. Wat het voor afhankelijke kinderen betekent dat hun ouders nog minder thuis zijn, komt niet aan bod. Gezinnen wordt in ieder geval niet een eerlijke keuze geboden om meer bij elkaar te zijn. Op dat terrein is de norm van diversiteit kennelijk niet de bedoeling.
Overgenomen met toestemming van Katholiek Nieuwsblad.