Katholiek Nieuwsblad, 30 juli 2017
Kardinaal Wim Eijk roept het komende nieuwe kabinet op om een wetsvoorstel over voltooid leven niet goed te keuren. “Een nieuw kabinet zou een fataal besluit nemen, wanneer het bij wet het verlenen van hulp bij suïcide aan gezonde mensen mogelijk maakt.”
De kardinaal schrijft dit in een bijdrage in Nederlands Dagblad van zaterdag. Een dergelijke wet is “een typisch staaltje van de liberale hyper-individualistische cultuur die de westerse wereld in haar greep heeft”.
Huidige cultuur
Kardinaal Eijk schrijft dat antwoorden op ethische vragen beginnen bij een mensvisie. In de huidige cultuur is dat een visie waarin iedereen geacht wordt zelf zijn ethische waarden te bepalen. “En dit houdt ook in dat alleen het individu zelf kan bepalen of zijn leven nog waarde heeft.”
Wie zijn leven voltooid vindt, mag niet alleen een einde aan zijn leven maken, maar de overheid zou bij wet moeten “garanderen dat het betrokken individu daarbij hulp wordt verleend”.
Christelijk mensbeeld
In het klassieke christelijke mensbeeld is de mens “in zijn totaliteit, ziel en lichaam, geschapen naar Gods beeld en gelijkenis”. Ziel en lichaam hebben allebei “een essentiële waarde. De mens is een doel in zich en mag nooit alleen als een middel worden gebruikt. En dat geldt ook voor zijn lichaam. Het lichamelijk leven mag daarom niet worden opgeofferd om aan het lijden een einde te maken”.
“Vanwege de essentiële waarde van het menselijk leven zijn euthanasie en hulp bij suïcide wegens een lijden als gevolg van een medische of psychiatrische aandoening moreel ongeoorloofd. Te meer geldt dit uiteraard voor hulp bij suïcide bij mensen die gezond zijn.”
Een “passend antwoord” op lijden is goede palliatieve zorg, schrijft de kardinaal. Die kan “het lijden niet helemaal wegnemen, maar wel tot draagbare proporties terugbrengen”. Mensen kunnen zo geholpen worden “de waarde van hun leven te (her)ontdekken”.
‘Schijnbare autonomie’
Het aannemen van de wet voltooid leven zou bovendien “een treurig dieptepunt” zijn van de “huidige hyper-individualistische cultuur”. Daarin zijn autonomie en zelfbeschikkingsrecht belangrijk, maar, schrijft kardinaal Eijk, “in de praktijk zal bij veel mensen het verzoek om hulp bij zelfdoding geen autonome beslissing zijn”.
Er bestaat in onze cultuur “een schijnbare autonomie” waarin mensen zich in feite laten leiden “door de publieke opinie en de (sociale) media”. Jong zijn en er jong uitzien worden voorgehouden als ideaal, ouderdom en de gevolgen ervan als zaken “die de waarde van het leven aantasten. Zo wordt oudere mensen aangepraat dat hun leven geen waarde meer heeft”.
Ook als men het leven voltooid acht “vanwege een kwellende eenzaamheid” is dat besluit niet autonoom, maar genomen “onder druk van de de narigheid die eenzaamheid met zich meebrengt”.
“Het zou beter zijn”, stelt de kardinaal, “die cultuur eens te doorbreken en iets aan die eenzaamheid te doen.”
Voorstel Pia Dijkstra ‘desastreus’
De kardinaal betwijfelt of de ‘stervenshulpverlener’, die in het wetsvoorstel de vraag om hulp bij zelfdoding moet beoordelen, dat “gelet op genoemde culturele factoren” wel goed kan doen.
Het voorstel van D66-Kamerlid Pia Dijkstra om een minimumleeftijd van 75 jaar in te stellen, noemt de kardinaal “helemaal desastreus”. De leeftijdsgrens is “volstrekt arbitrair” en “suggereert – naar ik aanneem onbedoeld – een waardeoordeel over het leven van mensen die de 75 hebben bereikt”.
Opiniebijdrage van kardinaal Eijk over Voltooid Leven uit 2016
Overgenomen met toestemming van Katholiek Nieuwsblad.