Katholieke balans van het evolutiedebat

Catholicism and Evolution: A History from Darwin to Pope Francis

Katholiek NieuwsbladKatholiek Nieuwsblad, 22 januari 2016
door Henk Rijkers

De evolutietheorie lijkt door de katholieke theologie al haast aanvaard. Maar in werkelijkheid botsen ze met elkaar. Een jonge Poolse dominicaan heeft voor de Kerk een gezaghebbende balans opgemaakt.

De katholieke Kerk houdt zich al meer dan een halve eeuw afzijdig van het evolutiedebat. Wel hebben achtereenvolgende pausen verduidelijkt dat een langzame, stapsgewijze ontwikkeling van het leven over tientallen miljoenen jaren geen probleem hoeft te zijn. Dit is heel iets anders dan het onderschrijven van moderne evolutietheorie, die immers alle leven verklaart vanuit de blinde werking van de materie. Dezelfde pausen hebben duidelijk gemaakt dat deze naturalistische visie onverzoenbaar is met het katholieke geloof. Iedere mens is immers, zoals paus Benedictus XVI uitdrukte, “een gedachte van God”. Kan het menselijke lichaam (mede) het product zijn van een evolutieproces, de menselijke ziel zeker niet. Voor de goede verstaander is bij Benedictus heel wat impliciete kritiek op evolutionaire verklaringspretenties te vinden. Aangezien ‘de’ wetenschap de evolutietheorie desondanks als een bewezen verworvenheid voorstelt, is er sprake van een ­frontale botsing tussen weldenkend christendom enerzijds en academische wetenschap ­anderzijds.

Wetenschappelijk bewijs
Tot de katholieke gelovigen dringt dit vrijwel niet door. Daar heeft zelfs de illusie postgevat dat de Kerk zich darwinistische evolutietheorie min of meer eigen heeft gemaakt. Waar het tot nu toe aan ontbrak, is een gezaghebbend theologisch onderzoek dat de balans opmaakt waar de ­katholieke Kerk thans precies staat. De jonge Poolse dominicaan Michael Chaberek heeft die tot stand gebracht. Zijn boek, dat vertaald vanuit het Pools Catholicism and Evolution heet, is een mijlpaal. Chaberek heeft goed door, waar de ­achilleshiel van het darwinisme zit: in de vermenging van micro- en macro-evolutie. Dat wil zeggen in de uitbreiding van de variabiliteit van één soort (denk aan hondenrassen) naar het ontstaan van geheel nieuwe soorten. Deze gedachteconstructie is nooit bevestigd door empirisch bewijs.

Adam & Eva
Chaberek stelt vast dat het theologische debat in de Kerk twee fases kende. De eerste was de verwerping van welke evolutionaire benadering dan ook. De tweede is de gematigde aanvaarding van theïstische evolutie, dus de visie waarin het scheppen van God op een of andere ­manier gecombineerd wordt met het darwinistische verhaal. In een gesprek met de website van de Evangelical Philosophical Society waarschuwt pater Chaberek “dat zelfs deze aanvaarding niet erg uitdrukkelijk is.” Veel vragen worden opengelaten en andere ideeën, zoals het Bijbelse scheppingsrelaas met Adam & Eva, worden niet verworpen. Dit leidt tot begrijpelijke vragen bij de gelovigen. Chaberek: “Kan de katholieke leer zich wel ontwikkelen in de richting van een complete ­verwerping van een gegeven geloofswaarheid? Is de Openbaring zo vaag en kwetsbaar voor wetenschappelijk onderzoek dat we uiteindelijk niets over ons ontstaan kunnen zeggen vanuit de Openbaring alleen? Geeft de Bijbel ons alleen maar moreel onderricht hoe in de hemel te komen, of informeert hij ook onze kijk op de wereld, dat wil zeggen: ons begrip van de oorsprong en bestemming van de fysieke werkelijkheid?”

Thomisten
Goede vragen. Om die te beantwoorden heeft Chaberek het evolutiedebat van de afgelopen 150 jaar in kaart gebracht, vanuit “de bredere katholieke traditie, in het bijzonder de geschriften van Thomas Aquino”. Helaas menen veel thomistische theologen al bij voorbaat te weten dat God geen bovennatuurlijke ingrepen in zijn schepping doet. Ze verdraaien zo het denken van de engelachtige leraar, uit angst anders academisch niet voor vol te worden aangezien. Of zoals pater Chaberek het wat diplomatieker uitdrukt: “Sommige thomisten zijn eerlijk bezorgd dat als Thomas’ leer onverzoenlijk zou zijn met biologische macro-evolutie, dan ofwel Thomas ofwel de evolutietheorie fout moet zijn. Omdat ze geloven in evolutie, willen ze niet de theorie in twijfel trekken die in de wetenschap heerst (mijn cursivering – hr), en kiezen ervoor om Thomas’ leer te herinterpreteren en te laten zien hoe die ‘verzoenbaar’ is of ‘ruimte laat’ voor darwinistische metafysica.”

Zes dagen
De jonge Poolse pater vindt dat vernieuwing van de katholieke scheppingstheologie dringend gewenst is. En wel om twee redenen: “Door de eeuwen heen zijn er twee tradities van interpretatie van Genesis geweest. De ene werd toegeschreven aan Sint Ambrosius. Volgens hem werden de verschillende soorten levende wezens onafhankelijk geschapen in een tijdsverloop dat Genesis ‘zes dagen’ noemt.” De andere traditie wordt toegeschreven aan Sint Augustinus. Volgens hem werden alle soorten op één moment aan het begin van de tijd geschapen, in de kiem dan wel volledig ontplooid. Sint-Thomas wijst erop dat beide opvattingen uitgaan van bovennatuurlijke schepping van onderscheiden soorten. “De moderne kennis van paleontologie laat zien dat planten en dieren achtereenvolgens op aarde verschenen zijn over een lange tijd”, legt Chaberek uit. “Dit pleit sterk voor de Ambrosiaanse traditie boven de Augustijnse.” Moderne wetenschap kan dus helpen beslissen “welke van de twee interpretatietradities van Genesis dichter bij de waarheid ligt.”

Geleidelijkheid
De andere reden waarom vernieuwing nodig is, ligt in het feit dat “de traditionele scheppingsleer in het moderne christendom bijna compleet verlaten is. Zelfs in ­seminaries is de klassieke scheppingstheologie vervangen door “wetenschap- & geloofmodellen en vage speculaties over ‘God die geheel door secundaire oorzaken werkt’”. Maar in werkelijkheid, aldus Chaberek, komen we er steeds meer achter “hoe weinig het darwinistische mechanisme kan”. Ook de door Darwin veronderstelde geleidelijkheid van evolutie wordt door de feiten weersproken. Tussen fossielen blijkt “een treffend gebrek aan continuïteit” te bestaan. Deze biologische feiten moedigen aan om terug te ­keren naar de klassieke christelijke scheppingsdoctrine. “Er is geen tegenspraak van de feiten van de natuur met het ­geloof in de schepping”, aldus pater Chaberek. “Er is tegenstrijdigheid van de scheppingsleer met de evolutieleer, dat wil zeggen met een abstracte constructie die gebouwd is op (of zelfs in weerwil van) de feiten.”

Michael Chaberek O.P., Catholicism and ­Evolution: A History from Darwin to Pope Francis. Uitg. Angelico Press, € 32,99, ISBN 978-1621381372.

Overgenomen met toestemming van Katholiek Nieuwsblad.

image_pdfimage_print