Bisdom Den Bosch, 30 maart 2007
“Het menselijk leven is een fundamenteel, maar geen absoluut goed: het hoeft niet ten koste van alles in stand te worden gehouden.” Dat zei bisschop Eijk op een bijeenkomst over ethische vragen rond euthanasie en palliatieve zorg in Den Bosch, georganiseerd door de diocesane commissie ouderenpastoraat van het bisdom.
De arts en ethicus pleitte voor goede palliatieve zorg voor mensen die in de laatste fase van hun leven zijn gekomen. “Deze zorg voegt geen dagen aan het leven toe, maar voegt leven toe aan de dagen,” aldus Eijk. De bisschop gaf ook aan dat palliatieve zorg (zorg die het lijden verzacht, red.) zich niet moet beperken tot gespecialiseerde artsen, afdelingen of hospices. “Alle disciplines in de gezondheidszorg moeten deze zorg kunnen bieden en op z’n minst kennis ervan hebben, zodat de zorg rond het levenseinde niet iets is van een gespecialiseerde unit in ziekenhuis of verzorgingshuis. Ook bijvoorbeeld medewerkers in de thuiszorg zouden er kennis van moeten hebben,” aldus Eijk.
Mgr. Eijk ging ook in op pijnbestrijding en sedatie. Wanneer een patiënt bewustzijnsverlagende middelen krijgt toegediend heet dat palliatieve sedatie. Patiënten worden met sedativa (kalmerende middelen, red.) in een diepe slaap of coma gehouden. Ze krijgen geen voedsel en vocht meer toegediend. Eijk waarschuwde voor misbruik van terminale sedatie in de vorm van langzame euthanasie, waarbij levensbeëindiging het hoofddoel is. “Wanneer er geen alternatief meer is en het lijden ondraaglijk is dan is continue sedatie een mogelijkheid. De patiënt moet dan wel hebben voldaan aan zijn sociale en religieuze verplichtingen. Dit betreft dan het achterlaten van een testament en het goed regelen van familie- en andere zaken. Ook moet de patiënt hebben geregeld dat de ‘laatste sacramenten’ zijn ontvangen. Bij palliatieve sedatie bereik je op een gegeven moment een point-of-no-retrun en dan moet over dit soort dingen wel duidelijkheid zijn.
Er zal altijd een aantal mensen zijn dat vraagt om euthanasie, waarbij het leven van de patiënt actief wordt beëindigd door een arts of door hemzelf. De patiënt beroept zich hierbij op zijn recht op zelfbeschikking. Mgr. Eijk: “Zelfbeschikking wordt in de praktijk vaak belemmerd door emotie en angst; bovendien komt het verzoek om euthanasie vaak van familieleden. Het leven is een fundamenteel goed: de vrijheid en dus ook zelfbeschikking is een hoger doel, maar niet zonder het leven te realiseren. God de Schepper is de soevereine Heer over het leven; de mens is er de rentmeester van.” Eijk sprak in dit verband ook over ‘mercy killing’ waarbij euthanasie als daad van barmhartigheid wordt beschouwd. “Levensbeëindiging staat haaks op de primaire opdracht van de gezondheidszorg,” aldus Eijk. “Er is een alternatief waarin barmhartigheid en solidariteit van artsen, verpleegkundigen, pastores en familieleden intens gestalte kunnen krijgen: palliatieve zorg.”