door Louis van Overbeek, freelance publicist
Hoe gevaarlijk het is pleidooien te houden voor afschaffing van het Europese Hof voor de Rechten van de Mens, zoals recentelijk onder meer werd gedaan door Thierry Baudet in NRC Handelsblad, blijkt maar weer eens uit een stuk dat vrijdag (3-12-10) gepubliceerd werd in nota bene het van oorsprong protestants christelijke dagblad Trouw, waarin door een zekere Marcel Zuijderland, ‘publicist en filosoof’, gesteld wordt dat ‘het leven op zichzelf niet per definitie beschermwaardig is’ en waarin dus het in internationale mensenrechtenverdragen vastgelegde recht op leven wordt gerelativeerd. ‘Hoewel het een morele evidentie lijkt, is het leven op zichzelf niet per definitie beschermwaardig. Wat we in de regel willen beschermen is niet het leven zelf, maar onze autonomie, ons (zelf)bewustzijn en de kwaliteit van ons leven’, aldus deze vriend van de wijsheid.
Het stuk in Trouw gaat over abortus op foetussen die jonger zijn dan 26 weken, waarbij volgens de huidige wetgeving de grens voor zwangerschapsafbreking ligt, maar die dankzij de vorderingen in de neonatologie tegenwoordig wel levensbaar zijn buiten de baarmoeder. Deze foetussen hoeven volgens Zuijderland niet bij wet te worden beschermd, zoals Esmé Wiegman (ChristenUnie) in een wetsvoorstel bepleit, omdat bij hen ‘het zenuwstelsel nog te onderontwikkeld is om ook maar iets van bewustzijn of pijn te ervaren’.
Weliswaar gaat het in dit artikel in eerste instantie over nog ongeborenen, maar relativering van het recht op leven heeft eveneens consequenties voor ons, wel reeds geborenen. Het verklaart niet alleen comapatiënten, dementerenden, mensen met geestelijke stoornissen en personen die afhankelijk zijn van anderen of wier ‘levenskwaliteit’ (vooral in de ogen van anderen) te wensen overlaat vogelvrij, maar vormt een bedreiging voor gehandicapten in het algemeen, zoals blijkt uit hetgeen door Zuijderland wordt gezegd over deze categorie van mensen.
Bescherming van prille ongeborenen is volgens Zuijderland al helemaal ongewenst als er sprake is van bij echoscopisch onderzoek vastgestelde afwijkingen, omdat het ‘uiterst dubieus is om ouders met een gehandicapt kind op te zadelen’. Gehandicapte kinderen worden immers in deze maatschappij – waarin je door het voortschrijden van de medische technologie in vergelijking met enkele decennia geleden toch al nauwelijks meer handicaps en afwijkingen ziet (waar zie je noch een klompvoet, een bochelaar – de spellingcontrole kent zelfs het woord niet meer – of zelfs maar een scheelkijker?) – en door Zuijderland niet op prijs gesteld. Immers: ‘Zodra je bedenkt dat het een verbetering is als er minder gehandicapten komen, zijn meer gehandicapten inderdaad niet welkom.’ Hij hoopt dan ook dat wanneer de Kamer een besluit gaat nemen over het wetsvoorstel van mevrouw Wiegman om de wettelijke grens voor zwangerschapsafbreking gezien de ontwikkelingen in de medische wetenschap te verlagen, ‘een meerderheid de vrijheid van ouders om geen gehandicapt kind te willen als relevanter zal beoordelen dan de – door hem inderdaad tussen aanhalingstekens geplaatste, LvO – “beschermwaardigheid van het leven”‘.
De kans dat het voorstel van Wiegman geen meerderheid zal halen is gezien het huidige klimaat in Nedeland, waarover het VN-Mensenrechtencomité zich in verband met zijn nieuwe euthanasiewet in 2001 al ernstige zorgen maakte of het het recht op leven wel voldoende beschermt, zeer groot. Als voorstanders van het voorstel zich vervolgens niet tot het Europese Hof zouden kunnen wenden onder verwijzing naar internationale verdragen, zijn we – al zul je het wel weer niet mogen zeggen – met de hier toegepaste relativering van het recht op leven en de daarbij gebruikte criteria van ‘kwaliteit van leven’ en het maatschappelijke belang van minder gehandicapten, terug bij het concept van het ‘lebensunwertes Leben’ uit de nazi-ideologie, dat, evenals de moraal waarvan Zuijderland uitgaat, louter utilitair van aard is en er uiteindelijk toe leidde dat mensen die misvormd, geestelijk gehandicapt of psychiatrisch ziek waren radicaal werden geëlimineerd.