Noten
1 Joannes Paulus II, Toespraak tot de deelnemers aan het 81e congres van de Italiaanse Vereniging van interne geneeskunde en aan het 82e congres van de Italiaanse Vereniging van algemene chirurgie, 27 oktober 1980: AAS 72 (1980), 1126.
2 Paulus VI, Toespraak tot de algemene vergadering van de Verenigde Naties, 4 oktober 1965: AAS 57 (1965), 878 (Katholiek Archief 20 (1965), 1172); enc. Populorum progressio, 13: AAS 59 (1967), 263 (Katholiek Archief 22 (1967), 425).
3 Paulus VI, Homilie tijdens de mis ter sluiting van het heilig jaar, 25 december 1975: AAS 68 (1976),145; Joannes Paulus II, enc. Dives in misericordia, 14: AAS 72 (1980),1224 (Archief van de Kerken 36 (1981), 95).
4 Joannes Paulus II, Toespraak tot de deelnemers aan de 35e algemene vergadering van de Medische wereldbond, 29 oktober 1983: AAS 76 (1984), 390 (Archief van de Kerken 39 (1984/3), 12).
5 Vgl. verkl. Dignitatis humanae, 2 (Katholiek Archief 21 (1966), 28).
6 Past. const. Gaudium et spes, 22 (Katholiek Archief 21 (1966), 701); Joannes Paulus II, enc. Redemptor hominis, 8: AAS 71 (1979), 270-272 (Archief van de Kerken 34 (1979), 376¬377).
7 Vgl. past. const. Gaudium et spes, 35 (Katholiek Archief 21 (1966), 721).
8 Past. const. Gaudium et spes, 15 (Katholiek Archief 21 (1966),693); vgl. ook Paulus VI, enc. Populorum progressio, 20: AAS 59 (1967), 267 (Katholiek Archief 22 (1967), 429); Joannes Paulus II, enc. Redemptor hominis, 15: AAS 71 (1979),286-289 (Archief van de Kerken 34 (1979), 385-386); apost. exhort. Familiaris consortio, 8: AAS 74 (1982), 89 (Archief van de Kerken 37 (1982), 5-6).
9 Joannes Paulus II, apost. exhort. Familiaris consortio, 11: AAS 74 (1982),92 (Archief van de Kerken 37 (1982), 7).
10 Vgl. Paulus VI, enc. Humanae vitae, 10: AAS 60 (1968), 487-488 (Katholiek Archief 23 (1968), 809-811).
11 Joannes Paulus II, Toespraak tot de deelnemers aan de 35e algemene vergadering van de Medische wereldbond, 29 oktober 1983: AAS 76 (1984),393 (Archief van de Kerken 39 (1984/3), 13).
12 Vgl. Joannes Paulus II, apost. exhort. Familiaris consortio, 11: AAS 74 (1982),91-92 (Archief van de Kerken 37 (1982), 7-8); vgl. ook past. const. Gaudium et spes, 50 (Katholiek Archief 21 (1966), 751).
13 Heilige congregatie voor de geloofsleer, Verklaring over de abortus provocatus, 9: AAS 66 (1974),736-737 (Archief van de Kerken 30 (1975), 116).
14 Joannes Paulus II, Toespraak tot de deelnemers aan de 35e algemene vergadering van de Medische wereldbond, 29 oktober 1983: AAS 76 (1984), 390 (Archief van de Kerken 39 (1984/3), 12).
15 Joannes XXIII, enc. Mater et magistra, 111: AAS 53 (1961),447 (Katholiek Archief 16 (1961), 833).
16 Past. const. Gaudium et spes, 24 (Katholiek Archief 21 (1966), 707).
17 Vgl. Pius XII, enc. Humani generis: AAS 42 (1950), 575 (Katholiek Archief 5 (1950), 809); Paulus VI, Geloofsbelijdenis: AAS 60 (1968), 436 (Katholiek Archief 23 (1968), 779).
18 Joannes XXIII, enc. Mater et magistra, 111: AAS 53 (1961), 447 (Katholiek Archief 16 (1961),833); vgl. Joannes Paulus II, Toespraak tot de priesters die deelnamen aan een studiecongres over ‘verantwoorde voortplanting’, 17 september 1983: Insegnamenti di Giovanni Paolo II, VI, 2 (1983), 562 (Archief van de Kerken 38 (1983/12), 25): ‘Aan de oorsprong van ieder menselijke persoon ligt een scheppingsdaad van God: niemand komt bij toeval tot het bestaan; hij is altijd het resultaat van de scheppende liefde van God’.
19 Vgl. past. const. Gaudium et spes, 24 (Katholiek Archief 21 (1966), 707).
20 Vgl. Pius XII, Toespraak tot de Medisch-biologische vereniging ‘Sint Lukas’, 12 november 1944: Discorsi e Radiomessaggi, VI (1944-1945), 191-192.
21 Vgl. past. const. Gaudium et spes, 50 (Katholiek Archief 21 (1966), 751).
22 Vgl. past. const. Gaudium et spes, 51 (Katholiek Archief 21 (1966), 753): ‘Wanneer het harmoniëren van de huwelijksliefde met het verantwoord doorgeven van het leven in het geding is, hangt het zedelijke karakter van een handelwijze niet alleen af van de goedwillende intentie en de subjectieve motivering, maar moet worden bepaald vanuit objectieve criteria die hun grondslag vinden in de eigen aard van de persoon en diens daden, criteria derhalve die de integrale zin van de wederzijdse zelfgave en van de menswaardige gezinssticht.ing in een context van waarachtige liefde waarborgen’.
23 Past. const. Gaudium et spes, 51 (Katholiek Archief 21 (1966), 753).
24 Heilige Stoel, Handvest van de rechten van het gezin, art. 4: L’Osservatore Romano, 25 november 1983 (Archief van de Kerken 39 (1984/1),23).
25 Heilige congregatie voor de geloofsleer, Verklaring over de abortus provocatus, 12-13: AAS 66 (1974), 738 (Archief van de Kerken 30 (1975), 117).
26 Vgl. Paulus VI, Toespraak tot de deelnemers aan het 23e nationale congres van de Italiaanse katholieke juristenvereniging, 9 december 1972: AAS 64 (1972), 777 (Archief van de Kerken ?7 (1973), 160-162).
27 De verplichting onevenredige risico’s te vermijden houdt een authentiek respect voor het menselijk wezen in en de oprechtheid van de therapeutische bedoelingen. Dit betekent, dat de arts ‘voor alles zorgvuldig de eventuele negatieve gevolgen moet beoordelen, welke het noodzakelijk gebruik van een bepaalde onderzoekstechniek kan hebben op het ongeboren kind en het beroep vermijden op diagnostische methoden die geen voldoende waarborgen bieden omtrent hun oprechte doeleinden en wezenlijke onschuldigheid. En wanneer, zoals bij menselijke keuzen dikwijls voorkomt, een mate van risico op de koop toe moet worden genomen, moet hij ervoor zorg dragen vast te stellen, dat dit wordt gerechtvaardigd door een werkelijk dringende noodzaak van de diagnose en het belang van de resultaten, welke erdoor kunnen worden bereikt voor het welzijn van het ongeboren kind zelf’ (Joannes Paulus II, Toespraak tot de deelnemers aan de bijeenkomst van de ‘Beweging voor het leven’, 3 december 1982: Insegnamenti di Giovanni Paolo 1″ V, 3 [1982], 1512). Deze verduidelijking inzake het ‘evenredig risico’ moet ook telkens voor ogen worden gehouden bij de volgende passages van deze instructie, wanneer deze term voorkomt.
28 Joannes Paulus II, Toespraak tot de deelnemers aan de 35e algemene vergadering van de Medische wereldbond, 29 oktober 1983: AAS 76 (1984), 392 (Archief van de Kerken 39 (1984/3), 13).
29 Vgl. Joannes Paulus II, Toespraak tot de deelnemers aan de studieweek van de Pauselijke academie van wetenschappen, 23 oktober 1982: AAS 75 (1983), 37 (Archief van de Kerken 38 (1983/3), 17): ‘Ik veroordeel op de meest uitdrukkelijke en formele wijze experimentele manipulaties van het menselijk embryo, omdat het menselijk wezen vanaf de ontvangenis tot de dood niet gebruikt mag worden voor welk doel ook’.