L’Osservatore Romano, 3 september 2008
door Lucetta Scaraffia
Veertig jaar geleden, tegen het einde van de zomer van 1968, veranderde het zogenaamde rapport van Harvard de definitie, van de dood. Die was niet meer gebaseerd op de cardiocirculoatoire stilstand maar op het vlakke encefalogram: van toen af is het orgaan dat de dood aangeeft niet meer alleen het hart maar de hersenen. Het gaat hier over een radicale wijziging in de opvatting over de dood – die het probleem van het staken van kunstmatige beademing heeft opgelost, maar vooral de transplantatie van organen heeft mogelijk gemaakt – een opvatting, die werd aangenomen door alle ontwikkelde landen (waar het mogelijk was dergelijke transplantaties te realiseren) met uitzondering van Japan.
Lees meer