Tot hoever reikt de macht van de mens over de eigen voortplanting ?

Noten
1. Vgl.J. Fuchs, “Das Gottesbild und die Moral innerweltlichen Handelns,” Stimmen der Zeit 109 (1984), pp. 363-382; Rahner schrijft het ontstaan van een mens niet toe aan een samenwerking tussen God en het ouderpaar. Dit zou betekenen dat God rechtstreeks op categoriaal niveau — in deze concrete wereld — zou ingrijpen. Als een transcendentale oorzaak zou God aan de ouders een kracht geven, waardoor zij zichzelf kunnen transcenderen en de oorzaak zijn van de ene en integrale nieuwe mens, materieel en immaterieel, de menselijke geest (ziel) inbegrepen. Rahner noemt dit in het Duits “Selbstüberbietung,” see: K. Rahner, “Die Hominisation als theologische Frage,” in: P. Overhage, K. Rahner, Das Problem der Hominisation, Freiburg/Basel/Wien: Herder, 1961, (=Quaestiones Disputatae n. 12/13), pp. 13-90, speciaal pp. 82-84; J. Jans,”God or Man? Normative theology in the Instruction Donum Vitae” Louvain Studies 17 (1992), pp. 48-64, speciaal pp. 57-58.
2. S. Mancuso, A. Lanzone, “Female infertility and sterility problems,” in: The dignity of human procreation and reproductive technologies: anthropological and ethical aspects (=Proceedings of the tenth assembly of the Pontifical Academy for Life), J. de Dios Vial Correa, E. Screggia (red), Citta del Vaticano: Libreria Editrice Vaticana, 2005, pp. 236-248.
3. A. Isidori, “Prevention of male infertility,” Ibid., pp. 232-235.
4. Congregatie voor de Geloofsleer,’Donum Vitae. Instructie van de Congregatie voor de Geloofsleer over de eerbied voor het beginnend menselijk leven en de waardigheid van de voortplanting. Antwoord op enkele actuele vragen,” Archief van de Kerken 42 (1987), kolom 352-379, verder afgekort als DV.
5. Congregatie voor de Geloofsleer, “Dignitas Personae. Instructie betreffende bepaalde bio-ethische kwesties,” Kerkelijke Documentatie 37 (2009), nr. 1-2, pp. 6-25, verder afgekort als DP.
6. I.Wilmut et al.,”Viable offspring derived from fetal and adult mammalian cells,” Nature 385 (1997), pp. 810-813.
7. Online edition of Science: G. Vogel, “Scientists take step toward therapeutic cloning,” Science 303 (2004), 13 februari, pp. 937-938.
8. “Wet van 20 juni 2002, houdende regels inzake handelingen met geslachtscellen en embryo’s (Embryowet),” Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden (2002), nr. 338.
9. J.A.M. Kremer, R.S.G.M. Bots, et al., “Tien jaar resultaten van in-vitrofertilisatie in Nederland, 1996-2005,” Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde 152 (2008), 19 januari, pp. 146-152.
10. E.J. de Boer, F.E. van Leeuwen et al., “Methoden en resultaten van in-vitrofertilisatie in Nederland in de jaren 1983-1994,” Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde 148 (2004), pp. 1448- 1455, speciaal p. 1451.
11. W.J. Eijk, “The criteria of overall individuality and the bio- anthropological status of the embryo before implantation,” in: The human embryo before implantation. Scientific aspects and bioethical considerations (=Proceedings of the twelfth assembly of the Pontifical Academy for Life), E. Screggia, J. Laffitte (red), Citta del Vaticano: Libreria Editrice Vaticana, 2007, pp. 177-208.
12. Tweede Kamer, vergaderjaar 2000-2001, 27 423, n. 5, pp. 4-6
13. P. Singer, Practical ethics, Cambridge: Cambridge University
Press, 1993 (2e ed.), pp. 85-109, 175-217; H.T. Engelhardt, The Foundations of Bioethics, New-York/Oxford: Oxford University Press, 1996 (2= ed.), pp. 135-154.
14. W.J. Eijk, “The criteria of overall individuality and the bio-anthropological status of the embryo before implantation,” op. cit., pp. 194-195.
15. Het voordeel van hun stamcellen is dat ze een dubbele set van de chromosomen van de originele eicel hebben en dus homozygoot zijn. Bijgevolg hebben ze de helft van de gewone combinatie van antigenen, waardoor ze in immunologisch met een hoger aantal recipiënten van donorweefsel gecombineerd kunnen worden. Zie H. Lin,J. Lei, et al., “Multilineage potential of homozygous stem cells derived from metaphase II oocoytes,” Stem Cells 21 (2003), nr. 2, pp. 152-161.
16. R. Lanza, N. Rosenthal, “The stem cell challenge. What hurdles stand between the promise of human stem cell thera- pies and real treatments in the clinic?,” Scientific American 290 (2004), nr. 6, p. 65.
17. Zie: http://en.wikipedia.org/wiki/Parthenogenesis.
18. A. Meissner, R. Jaenisch, “Generation of nuclear transfer-derived pluripotent ES cells from cloned Cdx2-deficient blastocysts,” Nature 439 (2006). 12 januari, 212-215.
19. “Production of pluripotent stem cells by Oocyte Assisted Reprogramming — Joint Statement,” 20 juni 2005 (http:// www.eppc.org/publications/pubID.2374/pub_detail.asp ). De methode heet Ocyte Assisted Reprogamming, omdat de eicel epigenetische factoren bevat die het genetisch materiaal in de kern ‘reprogrammeren’, zoals bij kloneren door kerntransplantatie gebeurt. Dat wil zeggen dat zij sommige genen inschakelen en anderen uitschakelen, waardoor de zo tot stand gebrachte cel zich – in dit geval – als een pluripotente cel met de eigenschappen van embryonale stamcellen gaat gedragen. De extra epigenetische factor die wordt toegevoegd om na de kerntransplantatie direct pluripotente cellen voort te brengen heet ‘nanog’. Dit is een transcriptiefactor (een factor die het afschrijven van bepaalde genen stimuleert) die een cel ertoe aanzet om zich te gaan gedragen als een embryonale stamcel.
20. “Gesetz zum Schutz von Embryonen,” § 2, zie: Bundesgesetzblatt (1990),Teil I, p. 2746 (http://bundesrecht. juris.de/eschg/).
21. K. Takahashi, K. Tanabe, M. Ohnuki, M. Narita, T. Ichisaka, K. Tomoda, S.Yamanaka, “Induction of pluripotent stem cells from adult human fibroblasts by defmed factors,” Cell 131 (2007), 30 november, pp. 1-12; J.Yu, M.A.Vodyanik, K. Smuga-Otto, J. Antosiewicz-Bourget, J.L. Frane, S.Tian,J. Nie, G.A. Jonsdottir,V. Ruotti, R. Stewart, I.I. Slukvin, J.A.Thomson, “Induced pluripotent stem cell lines derived from human somatic cells,” Science 318 (2007), pp. 1917-1920.
22. J.B.S. Haldane, “Biological possibilities for the human species in the next thousand years,” in G. Wolstenholme (ed.), Man and his future: Churchill Ltd, 1963, p. 352.
23. “Declaration in defense of cloning and the integrity of scientific research,” Free Inquiry (1997), zomer, pp. 11-12, citaat op p. 12. De uitdrukking ‘Luddite’ slaat op de Engelse textielarbeiders die zich begin van de negentiende eeuw verzetten tegen de mechanisering van hun werkzaamheden.
24. R. Dawkins, “Thinking clearly about clones. How dogma and ignorance get in the way,” ibid., pp. 13-14, citaat op p. 13.

Overgenomen met toestemming van Pro Vita Humana.

image_pdfimage_print